Oude woning wordt modern restaurant

Begin februari 2017 opende Dockside de deuren in Sas van Gent een gloednieuw restaurant net aan de grens tussen Nederland en België. Van buitenaf lijkt dit een typische woning uit de streek, maar wanneer je binnenstapt, waan je je in een stad als Londen, Amsterdam of New York. Eigenaars Bart en Jens Hoogstad kozen resoluut voor een hedendaags, urban interieur met respect voor het gebouw. Dat resulteert in een perfecte mix tussen eeuwenoude charme en een modern gevoel. De renovatie werd in eigen beheer uitgevoerd. Het interieur is van Bart Neyt Interieurs.

Broers Bart en Jens zijn met dit restaurant niet aan hun proefstuk toe. Samen zijn zij ook de drijvende kracht achter de Royal Hotels in Zelzate en Sas van Gent, waar klanten ook kunnen aanschuiven bij gastronomisch restaurant Bottles en de hippe wijnbar Bottles Next Door. Ook restaurant De Parel in Watervliet was in hun handen. Na 20 jaar waren de broers op zoek naar iets nieuws om hun tanden in te zetten.

 

Passie en vuur

Die uitdaging vonden ze in Dockside, een casual grillrestaurant waar kwaliteit hoog in het vaandel wordt gedragen. “Koken op vuur is echt mijn passie”, legt Bart uit. “Vis, vlees, zeevruchten ... alles wat je op onze kaart vindt, wordt op een vuur klaargemaakt. Dat kan in de Ubert rotisserie, op de Josper, in een open grill ... We gebruiken  verschillende technieken en toestellen om tot de lekkerste smaak te komen.”

Ze zochten steeds naar de beste recepten en bereidingswijzen voor elk product, totdat het menu net goed zat. “Het was hard werken en blijven zoeken, maar ik denk dat we op dit moment een ijzersterk menu kunnen aanbieden”, vertelt Bart. “We wilden geen  toegevingen doen naar kwaliteit en smaak toe. Enkel het beste telt. Voor onze gebraden kip probeerden we wel 50 verschillende recepten uit, en we blijven continu aanpassen. Die aanpak loont. De prijs-kwaliteit waar we naar streven, vind je nergens anders in deze regio.”

 

Een stukje geschiedenis

Naast het menu, staken ze ook heel wat denkwerk in het restaurant zelf. Dat konden ze in januari 2016 aankopen van de gemeente. Na het indienen van een dossier, werd hun project uitgekozen om deze vroegere ambtswoning van de Rijkswaterstaat over te nemen en te renoveren. “We zijn zelf geboren en getogen Sassenaren en het deed me echt wat pijn om dit stukje dorpsgeschiedenis zo te zien verpauperen. Opnieuw leven in het pand blazen, was een unieke kans.”

 

Tijd om te groeien

De verbouwing was een werk van lange adem, maar dat was nodig: “We hadden onszelf geen tijdsdruk opgelegd. We wilden de tijd nemen die we nodig hadden om er het best mogelijke van te maken en om het pand helemaal in ere te herstellen. Alles samen zijn we er toch zo’n 14 maanden mee bezig geweest, terwijl we op voorhand dachten er na 8 maanden al mee klaar te zijn.”

In februari 2017 gingen de deuren van het nieuwe restaurant dan eindelijk open. “Het resultaat is beter dan we hadden durven dromen. We zijn nog niet zo lang open, maar merken dat ook het publiek onze aanpak wel lijkt te smaken. De reservaties lopen snel binnen en we horen enkel fijne reacties.” Om extra ruimte te creëren, bouwden ze ook een stukje bij aan de achterkant van het gebouw. “Een restaurant is meer dan enkel de ruimte waar de klanten zitten. We hadden ook ruimte nodig voor een ruime keuken, personeel, vergaderingen, opslag ... We besloten om het bestaande pand uit te breiden zodat het originele gedeelte helemaal ter beschikking zou staan van de klanten. Hadden we dit niet gedaan, dan bleef er niet veel ruimte meer over en zou ook de impact van het originele gedeelte wat verloren gaan.”

 

Authentieke details

Voor de inrichting sloegen de broers de handen in elkaar met interieurarchitect Bart Neyt. Hij kreeg carte blanche om het pand aan te kleden. Ze gingen voor een hippe, stedelijke vibe in een grote open ruimte. Waar mogelijk behielden ze authentieke details.

“Dit huis bestond uit verschillende kleine kamertjes die we allemaal samengevoegd hebben. De buitenmuren, philibertspanten en de trap zijn origineel. Ook de vloer hebben we behouden, maar wel op een andere plek. Tijdens het uitbreken zagen we dat het dak helemaal rot was. Dat hebben we kunnen redden door de vloer op te breken en opnieuw te gebruiken in het dak.”

 

Oud en nieuw

De ramen zijn een goed voorbeeld van die mix tussen oud en nieuw. Bart ontwierp de ramen speciaal voor dit pand, in samenspraak met Marlon Mohnen van Belisol Goes. Het zwarte aluminium voegt een strak detail toe aan de witte buitengevel. De grote raampartijen geven het gebouw ook langs de buitenkant een moderne touch, zonder al te fel te contrasteren. “Maatwerk is niet de gemakkelijkste oplossing, maar ik vond het hier wel nodig”, vertelt de interieurvormgever. “Belisol was hierin een heel fijne partner en ging tot het uiterste om tot een goed resultaat te komen. De raamverdeling zie je niet zo vaak. Samen met de grootte van de ramen was dit een technische uitdaging, maar alles kwam goed. Ik ben dan ook heel tevreden over het resultaat. De ramen voegen een leuke industriële touch toe aan het klassieke pand. De lichtinval zorgt ook voor een open, ruim gevoel.”

 

Stedelijke luxe

Voor het interieur gingen ze voor een luxueuze, warme sfeer. Donkere tinten voeren de hoofdtoon: “Ze noemen me soms ook Bart de Zwart in plaats van Bart Neyt. Ik gebruik deze kleur bijna altijd als basis. Voor mij heeft de kleur een verrassend warme  uitstraling.” Daarnaast koos hij voor een diepgroene tint op de muren, zowel voor tegels als verf. De sfeervolle kleur past perfect bij de vele planten die de ruimte sieren. Verder zie je heel wat natuurhout, messing, zachte stoffen én een paar spierwitte aapjes die zich helemaal thuis voelen tussen al dat groens. “Robuuste, stoere materialen als beton, hout en staal worden gecounterd door diepe kleuren en speelse accenten. Dit maakt de ruimte wat lichter en het voegt ook wat persoonlijkheid toe.” Er werd geen enkel detail uit het oog verloren. Zo werd bijvoorbeeld de lift in exact dezelfde kleur ‘gewrapped’, ingepakt in een gekleurde folie, als de ramen en deuren. De toog in het midden van de zaal is een toonvoorbeeld van de city chic stijl die ze wilden bereiken: glanzende smaragdgroene tegels, details uit messing, mysterieuze hangplanten ... Ben je hier in Sas van Gent of New York City?

 

Groot maar gezellig

“Wanneer gasten binnenstappen, hoor je vaak dezelfde reactie: wat is het hier groot!” Maar ondanks de grootte van de ruimte, heerst er toch een vlotte, zelfs huiselijke sfeer. Door de combinatie van kleuren, materialen en verlichting wist Bart Neyt de ruimte om te toveren in een gezellige, trendy omgeving. “Zeker het gezellige zithoekje is een echte eyecatcher. Die tafeltjes zijn dan ook het snelst bezet”, merkt eigenaar Bart op. “We zijn heel erg trots op het resultaat. Zowel het interieur als de kaart is helemaal zoals het moet zijn”, vat Bart samen. “We wilden een laagdrempelige maar toch sfeervolle, hippe tent openen en ik denk dat we daar wel in geslaagd zijn. Je hoeft vanaf nu dus niet meer naar de grote stad om een avondje culinair te genieten.”

Deel dit artikel:
Onze partners