Het behoud van erfgoedgebouwen roept vaak een complexe vraag op: hoe verenigen we het respect voor het verleden met de eisen van een duurzame toekomst? In de derde aflevering van de podcastreeks BINST:UNTITLED bespreken Edwin Remmerie en Sébastien Delagrange van BINST ARCHITECTS samen met erfgoedspecialiste Sara Vermeulen (Agentschap Onroerend Erfgoed & Caspar Consulting) en duurzaamheidsadviseur Sunita Van Heers (SuReal) de delicate balans tussen erfgoedtransformatie en duurzaamheid. Hoe maken we bestaande gebouwen toekomstbestendig zonder hun ziel te verliezen?
Het spanningsveld tussen erfgoedbehoud en duurzaamheid wordt vaak het scherpst gevoeld in de discussie rond CO2-uitstoot. Sunita Van Heers wijst op de paradox: “Vanuit duurzaamheidsperspectief is behoud cruciaal om embodied carbon te sparen, maar veel erfgoedgebouwen scoren slecht op operationele energieprestaties.” Ze benadrukt dat het bewaren van bestaande structuren weliswaar CO2-uitstoot door sloop voorkomt, maar dat de energie-efficiëntie vaak achterblijft.
Sara Vermeulen vult aan: “Erfgoedgebouwen hebben hun CO2 meestal al lang terugverdiend, maar de vraag is hoe we ze vandaag en in de toekomst gebruiken. Als je hedendaagse normen op een oud gebouw toepast zonder maatwerk, maak je er eigenlijk een nieuwbouw van.”
De discussie over erfgoed en duurzaamheid draait vaak om twee kernbegrippen: embodied carbon (de CO2 in de materialen en constructie) en operationele carbon (de CO2-uitstoot tijdens het gebruik van het gebouw). Edwin Remmerie legt uit: “Soms is een gebouw technisch zo verouderd dat het moeilijk is om het energetisch performant te maken zonder het karakter te verliezen. Dan moet je afwegen of het behouden van de structuur opweegt tegen de hoge energiekosten.”
Sunita benadrukt het belang van die afweging: “In sommige projecten ontdek je dat behoud economisch en ecologisch niet altijd de beste keuze is. Als de energiekosten en het gebruikscomfort ondermaats zijn, ontstaat een sociaal probleem, zeker bij sociale huisvesting.”
Toch zijn er tal van voorbeelden waar erfgoed en duurzaamheid hand in hand gaan. Het Oxy-project in Brussel is daar een goed voorbeeld van. “We hebben daar de bestaande structuur behouden maar een compleet nieuwe gevel ontworpen die energie-efficiënt is,” zegt Edwin. “De oude gevel scoorde slecht op isolatie en comfort. Door een nieuwe, performante gevel te creëren, konden we de operationele energie sterk reduceren zonder de kern van het gebouw aan te tasten.”
Sunita voegt toe: “Bij Oxy was er ook aandacht voor hernieuwbare energie en het gebruik van materialen met een lage CO2-impact. Maar wat het project echt bijzonder maakt, is hoe het sociaal en ecologisch samenbrengt door publieke ruimtes te integreren.”
Steeds vaker speelt wetgeving een belangrijke rol in duurzame erfgoedtransformaties. Sunita wijst op een nieuwe Brusselse regelgeving: “Bij elke aanvraag voor een bouwvergunning moet worden aangetoond dat de toekomstige situatie op CO2-vlak beter is dan de bestaande. Dat dwingt architecten om niet meteen te kiezen voor sloop, maar eerst te onderzoeken of behoud mogelijk is.”
Sébastien Delagrange ziet dit als een positieve evolutie: “Wetgeving kan helpen om de juiste keuzes te maken. Het zorgt ervoor dat de ecologische impact van sloopprojecten niet onderschat wordt. Maar het blijft belangrijk om flexibiliteit te behouden zodat we maatwerk kunnen leveren.”
Duurzaamheid draait niet alleen om CO2. Sunita benadrukt het belang van sociale duurzaamheid: “In erfgoedtransformaties zien we vaak dat bewoners te maken hebben met hoge energierekeningen door slechte isolatie en ventilatie. Duurzaamheid betekent ook dat mensen in een comfortabel en gezond gebouw kunnen wonen of werken.”
Edwin herkent deze uitdaging: “Bij sociale woningprojecten zien we regelmatig dat erfgoedgebouwen mooie structuren hebben, maar technisch zwaar achterlopen. De uitdaging is om comfort en energie-efficiëntie te verbeteren zonder het erfgoedkarakter te verliezen.”
Toch zijn er grenzen aan wat mogelijk is. Edwin noemt als voorbeeld de renovatie van een beschermd jaren 60-pand: “We wilden de originele gevel behouden, maar die was technisch niet te redden zonder enorme kosten. We hebben uiteindelijk gekozen voor een nieuwe gevel met respect voor het oorspronkelijke ontwerp.”
Sébastien vult aan: “Soms bots je op de limieten van wat mogelijk is. Dan moet je als architect moeilijke keuzes maken: kies je voor maximaal behoud of voor een toekomstbestendig gebouw? Er is zelden een zwart-wit antwoord.”
De term ‘Future Heritage’ komt regelmatig naar voren in de discussie. Sara Vermeulen stelt: “Hoe zorgen we ervoor dat de gebouwen die we vandaag transformeren ook in de toekomst waardevol blijven?” Voor Sunita betekent dat ontwerpen met flexibiliteit: “We moeten gebouwen creëren die zich kunnen aanpassen aan veranderende functies en energie-eisen. Dat is misschien wel de kern van duurzame erfgoedtransformatie.”
Sébastien concludeert: “We moeten vandaag ontwerpen voor de gebruikers van morgen, met respect voor het verleden én oog voor de toekomst.”
Erfgoed en duurzaamheid vormen een complex spanningsveld waar geen eenvoudige antwoorden voor bestaan. Maar met creativiteit, onderzoek en samenwerking kunnen architecten, duurzaamheidsadviseurs en erfgoedspecialisten samenkomen tot oplossingen die zowel ecologisch verantwoord als cultureel waardevol zijn. Zoals Sunita Van Heers het samenvat: “Duurzaamheid gaat niet alleen over CO2-reductie. Het gaat over gebouwen creëren die vandaag én morgen van waarde zijn.”
In de zoektocht naar een toekomstbestendige gebouwde omgeving, is het misschien juist in de combinatie van erfgoed en duurzaamheid dat de mooiste verhalen ontstaan.
Beluister hier de volledige podcast-aflevering: UNTITLED - TRANSFORMING HERITAGE.