Aan de rand van de Brusselse Noordwijk, waar het zakendistrict van onze hoofdstad overvloeit in het historisch centrum, wordt deze dagen de laatste hand gelegd aan Quatuor, een grootschalige ontwikkeling met circa 60.000 m² kantoorruimte, een ruime ondergrondse parking, enkele commerciële functies en een publiek toegankelijke binnentuin. Het imposante complex omvat vier torenvolumes met verschillende hoogtes (vijf tot achttien verdiepingen), die via een transparante sokkel verenigd worden tot één vloeiend, elegant geheel. De verregaande ambities op het vlak van duurzaamheid resulteerden in een BREEAM Outstanding-ontwerp van Jaspers-Eyers Architects en een minimale ecologische footprint. Nu de opleverdatum in zicht komt, is het hoog tijd om dit prestigeproject grondig onder de loep te nemen!
Kantoorgebouwen met een bijzondere architecturale uitstraling: in de Brusselse Noordwijk schoten ze de voorbije drie decennia als paddenstoelen uit de grond. Ook het voormalige Boudewijngebouw – of zoals het in de volksmond genoemd werd: ‘de Schans’ – drukte een kleine dertig jaar lang zijn stempel op de skyline van onze hoofdstad. Vooral het halfronde inkompaviljoen met schuin aflopend glazen dak liet een onuitwisbare indruk na. Toen het huurcontract met de Vlaamse overheid afliep en deze laatste besliste om haar ambtenaren onder te brengen in het gloednieuwe Herman Teirlinckgebouw, kwam eigenaar Befimmo voor een moeilijke keuze te staan. Het Boudewijngebouw voldeed niet meer aan de hedendaagse eisen en had dus dringend nood aan een opknapbeurt. Aangezien een ingrijpende renovatie en transformatie niet haalbaar bleken, besliste Befimmo om de befaamde ‘Schans’ af te breken en te vervangen door een nieuwbouw met een even iconisch karakter.
Optimale integratie in het stadsweefsel
Eens deze moeilijke knoop was doorgehakt en de keuze voor een nieuwbouw definitief was, ging Befimmo aankloppen bij Jaspers-Eyers Architects. Een logisch besluit, aangezien het gereputeerde bureau destijds ook het Boudewijngebouw en een heleboel andere kantoorcomplexen in de Brusselse Noordwijk ontwierp. Zo ontstond ‘Quatuor’, een markante stedelijke ontwikkeling die gebaseerd is op een vooruitstrevend ontwerp. “Prioriteit nummer één was een betere integratie in het stadsweefsel, om zo een organische overgang tussen twee nabijgelegen, maar zeer verschillende buurten te creëren: de Noordwijk enerzijds en het historisch centrum anderzijds”, vertelt John Eyers, samen met Jean-Michel Jaspers CEO bij Jaspers-Eyers Architects. “Zoals de naam van het project al doet vermoeden, bestaat het Quatuor-gebouw uit vier compacte torens met verschillende hoogtes: blok A telt vijf verdiepingen (8.031 m2), blok B negen verdiepingen (11.744 m2), blok C veertien verdiepingen (18.742 m2) en blok D achttien verdiepingen (22.717 m2). De hoogte van de torens is afgestemd op de karakteristieken van de omgeving. De rijzigste volumes maken de connectie met de naburige kantoorgebouwen langs de Albert II-laan en de Kleine Ring, terwijl de lagere torens aansluiting zoeken bij de kleinere residentiële ontwikkelingen aan de kant van het stadscentrum. Ze rusten allemaal op een gemeenschappelijke basis met vier bouwlagen, die een samenhangend geheel creëert.”
Eenheid in verscheidenheid
Dat Quatuor gepercipieerd wordt als een elegant, homogeen landmark, is zeker ook te danken aan het uitgekiende gevelontwerp. Jean-Michel Jaspers: “Befimmo droomde van een ‘vloeiende’ architectuur met afgeronde hoeken en hellende daken. De torens hebben een complexe vorm, waarbij driehoeken en ellipsen gecombineerd worden. Dit resulteerde in gebogen gevels met een variabele uitstraling en expressie, afhankelijk van de invalshoek. Enkel aan de straatkant, waar zich ook de in- en uitrit van de ondergrondse parking bevinden, heeft de gevel een recht profiel. Vanuit ontwerpoogpunt was het niet evident om alle volumes geometrisch op punt te stellen, maar onze inspanningen hebben hun vruchten afgeworpen, want in de praktijk komt dat vloeiende karakter heel mooi tot uiting. In combinatie met de variabele hoogte van de torens en de uniforme gevelafwerking in beige-grijze natuursteen creëert deze specifieke beeldtaal een zekere eenheid in verscheidenheid. Het relatief massieve karakter van de façades wijkt overigens af van de meeste kantoortorens in de Noordwijk, die vooral veel glas bevatten. Met zijn gesloten architectuur sluit Quatuor eerder aan bij de residentiële ontwikkelingen aan de binnenkant van de Kleine Ring. Bovendien krijgt het gebouw ’s nachts een heel andere gedaante dan overdag, met dank aan de zorgvuldig gekozen verlichting.”
"De torens hebben een complexe vorm, waarbij driehoeken en ellipsen gecombineerd worden. Dit resulteerde in gebogen gevels met een variabele uitstraling en expressie"
Doorwaadbaar binnengebied
Quatuor herbergt niet alleen 60.000 m² kantoorruimte, die naargelang de wensen en eisen van de huurders een specifieke invulling kreeg (van open landschapskantoren tot kleinschalige coworkingspaces), maar ook driehonderd fietsstalplaatsen, een ondergrondse parking voor 314 wagens en circa 2.500 m² commerciële ruimtes op het gelijkvloers (winkels, horecafaciliteiten, een bankkantoor …). Deze laatste zijn ondergebracht in een dubbelhoge transparante sokkel, die een publiek toegankelijke binnentuin omzoomt. Projectarchitect Gilles Bollens: “De gevels zijn ietwat naar binnen geplooid, waardoor je als bezoeker automatisch naar het doorwaadbare binnengebied geleid wordt. Ook andersom bieden de vele doorzichten een belangrijke meerwaarde. Dankzij de diagonale kijklijnen tussen de volumes bevinden de aanwezigen zich nergens in het gebouw in een gesloten ruimte. De torens lijken boven de sokkel te zweven en zorgen op die manier voor een zekere luchtigheid die de aanzienlijke omvang van het project en de massieve, solide gevelarchitectuur counteren. De aandacht voor de creatie van specifieke zichtassen, de integratie van publieke ruimte en de optimale inbedding in de omgeving maakt dat Quatuor zich naadloos inpast in het bestaande stadsweefsel.”
Ruimtelijke flexibiliteit
Ook duurzaamheid was een cruciaal aandachtspunt in dit prestigeproject. “En dat begon bij de structuur. Alle vloerniveaus zijn gerealiseerd volgens het ‘flat slab’-principe, waardoor de ruimtelijke flexibiliteit en het transformatiepotentieel veel groter zijn in vergelijking met klassieke geprefabriceerde gebouwen”, aldus Gilles Bollens. “De draagconstructie bestaat uit ter plaatse gestorte vloerplaten en kolommen”, vult Fabian Sinapi, projectverantwoordelijke bij aannemer BESIX, aan. “Aangezien de vloerplaten relatief dun zijn (slechts 25 centimeter), hebben we veelvuldig gebruikgemaakt van nagespannen beton. De omvang van het project spreekt boekdelen. Voor de realisatie van Quatuor was maar liefst 36.000 m³ beton, 145.000 m² bekisting, 2.000 m² premuren, 3000 ton staal (passief) en 335 ton nagespannen staal nodig. Bovendien lag het bouwritme erg hoog en zorgde de gelijktijdige realisatie van de vier torens voor de nodige logistieke uitdagingen. Het project liep wat vertraging op door de coronapandemie en onvoorziene problemen met de ondergrond en de funderingen van het voormalige Boudewijngebouw, maar los daarvan is het bouwproces uitstekend verlopen en liggen we op koers om het Quatuor-complex eind augustus op te leveren!”
Minimale ecologische voetafdruk
Er zijn heel wat inspanningen geleverd om de ecologische voetafdruk van het Quatuor-project te minimaliseren. Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat het ontwerp van Jaspers-Eyers Architects bekroond werd met een BREEAM Outstanding-certificaat. “Quasi alle toegepaste materialen zijn recycleerbaar en/of genereren een minimum aan CO2-uitstoot bij productie en transport. Op enkele inox- en aluminiumaccenten na, zijn de gevels integraal bekleed met natuursteen van inheemse makelij, die verankerd is aan een aluminium draagstructuur. Het gepoedercoate aluminium schrijnwerk is ingevuld met driedubbele beglazing”, legt Fabian Sinapi uit. “Ook op het vlak van technieken is niets aan het toeval overgelaten”, pikt Gilles Bollens in. “Zo zijn er meer dan 1400 zonnepanelen geplaatst op de daken en hebben we decoratieve zonnecellen geïntegreerd in de zuid-, west- en oostgevels, in de vorm van verticale vinnen. Bovendien versterken deze vinnen de volumewerking en dragen ze bij tot de algemene esthetiek. Geothermische installaties staan in voor verwarming en koeling. Eveneens het vermelden waard zijn het regenwaterrecuperatiesysteem en de daktuinen boven op de sokkel tussen de volumes. Tot slot is 30 % van de ondergrondse parkeerplaatsen uitgerust met een laadpaal voor elektrische voertuigen. Dit alles maakt van Quatuor een echt voorbeeldproject. Hoewel het gebouw nog niet volledig klaar is, is het resultaat nu al magnifiek!”