De Raad van State heeft de aanstelling van Kristiaan Borret als bouwmeester van het Brussels Gewest geschorst en geeft daarmee Benoît Moritz gelijk. Die stapte naar het bijzonder adviesorgaan en rechtscollege nadat werd besloten alleen nog met de huidige bouwmeester Borret te onderhandelen omdat zijn offerte als ‘zeer goed’ werd beoordeeld en die van Motitz slechts als ‘goed’. Er zijn slechts twee kandidaten in de running voor het Brussels bouwmeesterschap.
Het Brussels Gewest schreef in mei 2019 op basis van een mededingingsprocedure met onderhandeling en Europese bekendmaking een overheidsopdracht voor diensten uit voor de aanstelling van een nieuwe bouwmeester voor de komende vijf jaar. Er kwamen twee offertes: één van Kristiaan Borret, die zijn mandaat wil verlengen, en één van Benoît Moritz. De eerste werd geklasseerd als ‘zeer’ goed, de tweede als ‘goed’, waarop de Brusselse regering besliste enkel nog met Borret verder te onderhandelen.
Niet naar de zin van Moritz, die vindt dat de Brusselse regering daarmee haar boekje te buiten ging. Hij stapte naar de Raad van State en krijgt nu gelijk. De Raad van State schorst immers de aanstelling van Kristiaan Borret als Brussels Bouwmeester, die zichzelf dus vooralsnog niet kan opvolgen. Het bijzonder adviesorgaan en rechtscollege motiveert die keuze met de stelling dat “voor de beperking van het aantal offertes waarover onderhandeld moest worden geen toepassing gemaakt is van de gunningscriteria uit het bestek, hoewel dat voorgeschreven is door de wet op overheidsopdrachten”. Bovendien stelt de Raad van State dat de Brusselse regering de offertes zelf in twee categorieën ingedeeld heeft en zich daarmee in de plaats gesteld heeft van het adviescomité, dat volgens het bestek de offertes in categorieën diende in te delen na de mondelinge presentaties van de inschrijvers bijgewoond te hebben.
Wordt ongetwijfeld vervolgd...