Je moet hopen dat relevante en/of nuttige boeken veel gelezen worden en vooral beleden worden. Je moet vrezen dat ‘Ruimte voor verandering’ dit geluk niet zal kennen en dat het niet aan het boek zelf zal liggen, integendeel. Het ligt aan de heldere boodschap, die onzeker maakt en confronterend klinkt.
Met het Team Bouwmeester als ondersteuner en BULK Architecten als onderzoeker heeft het Vlaams Architectuurinstituut als uitgever een kernachtig boekje gemaakt, dat zowel theoretisch als praktisch een belangrijk thema aansnijdt: hoe de herbruikbaarheid van een gebouw maximaliseren en optimaliseren vanuit een programmatorische flexibiliteit en een structurele cascologica? De vraag klinkt alvast ingewikkelder dan de antwoorden, die BULK formuleert, en dat is al één verdienste van ‘Ruimte voor verandering’. De hoofdbrok wordt gevormd door steekkaarten van 11 exemplarische robuuste gebouwen, door 11 wervende aanbevelingen en vooral door de notities van de expertenmeeting (°) ‘Overmaat als troef’, die vorig jaar overheden, ontwerpers, onderzoekers en ontwikkelaars verzamelde en interpelleerde. De citaten lezen als het handboek van een masterclass, als het credo van een transitie maar vooral als een overmaat aan ambitie. Wat baten experts en een bril als de politiek of de markt niet zien wil?
Daarom is dit boekje confronterend. Al wat met recht en rede verteld wordt wordt vandaag vertaald in een ontmoedigend kostenplaatje, dat elke rechtstreekse haalbaarheid fnuikt, omdat elke winst op termijn niet gekapitaliseerd wordt, niet als toekomstige meerwaarde bekeken wordt. Vandaag overheerst de quick buck, de snelle turnover binnen de bouw- en ontwikkelingssector, kortom, de rendementgerichte vastgoedkortzichtigheid, die meer wakker ligt van de terugverdientijd dan van de eindigheid van onze samenleving en planeet en van hun daarom noodzakelijke bescherming.
Voor de slechte verstaander: ja, ‘Ruimte voor verandering’ is relevant én nuttig.
(°)
Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik behoorde tot die experten en dat een recensie schrijven over een boek, waaraan je indirect meewerkt, weinig deontologisch oogt. Gezien mijn inbreng te klein is en het belang te groot maak ik een uitzondering op deze terechte ongeschreven regel.
Boek:
Ruimte voor verandering. Robuuste open gebouwen voor de toekomst
Vlaams Architectuurinstituut, 2022