Circa twintig jaar geleden kampte het kunstencentrum nOna met plaatsgebrek. De bestaande Art-Deco theaterzaal had haar beperkingen en voldeed qua flexibiliteit niet meer aan de huidige eisen. In 1999 ontstond het idee om op de aanliggende site van Mechelse drukkerijen een tweede theaterzaal te bouwen. In afwachting daarvan werd de drukkerij tijdelijk omgevormd tot drie oefenzalen voor artiesten in nood, genaamd nOva. In 2017 begon de effectieve renovatie en bouw van de uitbreiding van kunstencentrum nOna naar een ontwerp van dmvA architecten.
De site ligt te midden van een bouwblok aan een middeleeuwse brandsteeg die de bestaande en nieuwe site letterlijk van elkaar scheidt. Het nieuwe gedeelte werd ingebed in het stedelijke weefsel in de vorm van een aaneenschakeling van binnen- en buitenkamers met elk een eigen materialiteit en sfeer. Op deze manier werd ingespeeld op de grillige vorm van de bouwkavel en werd een repliek gegeven op het amalgama van tuinmuren en koterijen. Zo ontstonden er drie patio’s als stedelijke kamers rond de nieuwe theaterzaal en het forum, een multifunctionele ruimte met de allure van een overdekte markthal, met als blikvanger het driedimensionale kunstwerk Anonov van Nick Ervinck
Doos-in-doos
De nieuwe zaal is een multifunctionele betonnen doos geworden, waarbij de gevelbekleding in prefabbetonpanelen werd voorzien van de ingelegde letters N O N A, als evidente verwijzing naar de naam van het kunstencentrum, maar ook als reminiscentie naar het drukkerijverleden van de site. In functie van de akoestische eisen werd de theaterzaal opgevat als doos-in-doosprincipe. Aan de straatzijde werd een nieuwe invulbouw gerealiseerd die een gezicht geeft aan nOna en een poort is naar het achterliggende binnengebied. Het gebouw linkt de nieuwe site met de oude speelzaal. Door de glazen gevelarchitectuur gaat het kunstencentrum de interactie aan met de stad. Ledlichtkranten geven de programmatie op de gevel weer, animeren het straatbeeld en nodigen zo voorbijgangers uit.
De implementatie en integratie van de tweede theaterzaal te midden van een bouwblok was een uitdaging, waarbij rekening werd gehouden met de historische stedelijke morfologie en de genius loci. Er was bovendien een beperkt budget.
Groen circulair beton
Omwille van akoestische redenen en in functie van thermische inertie werd vooral ingezet om beton als materiaal. Er werd vanuit ecologisch oogpunt groen beton gebruikt, opgebouwd uit gerecycleerde bouwstoffen. Het kunstencentrum is het eerste gebouw in de Benelux dat werd opgetrokken in ‘groen’ (of circulaire) beton en er werden oude printplaten van de vroegere drukkerij hergebruikt als afwerking van de sanitaire wanden. Duurzaamheid begint echter in de eerste plaats met goede stedenbouw en doordachte ruimtelijke ordening. De middeleeuwse brandsteeg, de ruggengraat van het project, was de aanleiding om het grote bouwblok terug doorwaadbaar te maken, waarbij het netwerk van middeleeuwse stegen en doorgangen wordt hersteld.