Renovatie van bedrijfsgebouwen absolute must om Kyoto-normen te halen (Deel 2)
Renovatie van bedrijfsgebouwen absolute must om Kyoto-normen te halen (Deel 2)
26 april 2011
Vorige week brachten we deel 1 van het in Bildinx verschenen panelgesprek over het renoveren van bedrijfsgebouwen. In deel 2 wordt er o.a. dieper ingegaan op de rol van de ingenieur in dit verhaal. Aan het woord zijn Joël Melaerts (commercieel directeur nv Mathieu Gijbels en auteur van de renovatieblog blog.gijbels.be), Jan Opdeweegh (studiebureau GHW) en architect Rik Van Com.
Vorige week brachten we deel 1 van het in Bildinx verschenen panelgesprek over het renoveren van bedrijfsgebouwen. In deel 2 wordt er o.a. dieper ingegaan op de rol van de ingenieur in dit verhaal. Aan het woord zijn Joël Melaerts (commercieel directeur nv Mathieu Gijbels en auteur van de renovatieblog blog.gijbels.be), Jan Opdeweegh (studiebureau GHW) en architect Rik Van Com.
Speelt de ingenieur ook niet een steeds belangrijkere rol in dit verhaal?
Rik Van Com: “Je moet sowieso een stabiliteitsstudie hebben. Daarnaast zijn ingenieurs technieken belangrijker geworden. De laatste twintig jaar besteedt men alsmaar meer aandacht aan de energiekosten van een gebouw. Het is de taak van ingenieurs om oude, energieverspillende installaties te vervangen door ecologisch verantwoorde alternatieven. Moeilijk aspect hierbij is dat industriële gebouwen vaak worden verhuurd, waardoor de bouwheer meestal niet degene is die de energiefactuur moet betalen en er dus ook niet van wakker ligt.”
Jan Opdeweegh: “De rol van de ingenieur wordt inderdaad steeds belangrijker, maar ik heb er eigenlijk niet zo’n goede ervaringen mee. Ze hebben te weinig oog voor nieuwe alternatieven en blijven op zeker spelen. Ze blijven gebruik maken van traditionele technieken, omdat dat de makkelijkste weg is.
Jan Opdeweegh van studiebureau GHW over het heersende conservatisme bij technische studiebureaus.
Zijn ingenieurs volgens jou dan te braaf? Leggen ze de lat niet hoog genoeg?
Jan Opdeweegh: “Ik hou mij vooral bezig met EPB-verslaggeving. De ervaring leert dat ik meestal onmiddellijk word teruggefloten als ik de ingenieurs nieuwe technieken voorleg. Ze kiezen standaard voor de meest veilige oplossing.”
Rik Van Com: “Dat is ook wel enigszins begrijpelijk. Geen enkele architect of ingenieur experimenteert graag met het geld van zijn klanten. Veel van de nieuwe technieken staat nog in hun kinderschoenen waardoor je je terecht kan afvragen of het wel zo’n goed idee is om een nieuwe techniek toe te passen waarover je geen garanties hebt.”
Joël Melaerts: “Een terechte opmerking. Eigenlijk zou men zich moeten binden aan een resultaat. Er is bijna niemand die tegen zijn klant zegt: “ik plaats deze techniek en garandeer u dat resultaat”.
Jan Opdeweegh: “Inderdaad. Het zou bijvoorbeeld een interessante piste zijn wanneer je het ereloon laat bepalen in functie van het behaalde resultaat. Het probleem daarbij is natuurlijk dat je pas na twee of drie jaar weet wat het rendement van een bepaalde techniek is.”
Ligt de belangrijkste verantwoordelijkheid hoe dan ook niet bij de klant? De architect en ingenieur en aannemer moeten hem enkel helpen om het resultaat dat hij beoogt te bereiken.
Joël Melaerts: “Dat klopt volledig. Bouwheer, aannemer, architect, klant, metser … we dragen allemaal een grote verantwoordelijkheid. Door de jaren heen zijn we verwend geraakt. Als we ergens binnenkomen en het is er koud, dan eisen we dat die kamer onmiddellijk op de juiste temperatuur gebracht wordt. Als we in de auto stappen, zetten we meteen de airconditioning aan. En zo kan ik nog enkele voorbeelden geven. Iedereen moet energiezuiniger gaan denken. Je kan gerust energiezuinig leven zonder aan comfort in te boeten. Het is de taak van het bouwteam om de klant te overtuigen van zo’n energiezuinige mentaliteit.”
In hoeverre is renovatie een specialisatie?
Jan Opdeweegh: “Een project staat of valt met een goede uitvoering en renovatie is toch een stiel apart. Ik ben er daarom 100% van overtuigd dat renovatie een specialisatie is.”
Joël Melaerts: “Vaak vermelden bouwbedrijven ‘nieuwbouw en renovatie’ in hun communicatie. Eigenlijk is dat niet helemaal juist. Dezelfde bouwvakkers die een nieuwbouw neerzetten gaat men de volgende week ook inschakelen voor een renovatie. Het verschil tussen nieuwbouw en renovatie is volgens ons echter te groot om daar dezelfde mensen op te zetten. Daarom kan je toch het best in zee gaan met bedrijven die verschillende ploegen aan het werk zetten die zich enkel en alleen bezighouden met renovatie. Onze renovatie-afdeling bestaat uit gespecialiseerde bouwadviseurs, projectleiders, calculators en ploegen op de werf. Zij houden zich enkel en alleen bezig met onze renovatieprojecten. Het verschil tussen renovatie en nieuwbouw is er ook één van inzicht. Voor renovatie heb je een zeer specifieke kennis nodig. Wanneer een bepaalde (draag)muur gesloopt moet worden, moet op voorhand ingeschat kunnen worden of dit haalbaar is of niet. Hiervoor is inzicht en ervaring vereist. Bij renovatie is er behoefte aan allrounders die zowel met beton als met steen, staal en aluminium kunnen werken.”
NOBA voor en na renovatie (FACTOR 3 Architecten)
Is passiefbouw een haalbare kaart voor industriële gebouwen?
Jan Opdeweegh: “Passiefbouw kan een toekomst hebben, maar in België is het voorlopig te vroeg om dat economisch te verwezenlijken. De meerkost blijft nog te hoog. In Duitsland staat men al verder. Veel industriële gebouwen beantwoorden daar nu al aan de passiefstandaard.”
Joël Melaerts: “Wanneer je een passief gebouw wil plaatsen, heb je een architect nodig die zich daarin gespecialiseerd heeft. Daarna moet je op zoek naar gespecialiseerde ingenieurs enzovoorts… Die dingen zitten nog niet in het dagelijks eisenpakket van de aannemer. We hebben aannemers nodig die passiefbouwspecialisten in huis hebben en zijn werknemers traint in het plaatsen van passieve gebouwen. Op dit moment zijn er wel bedrijven die zich met passiefbouw bezighouden, maar voorlopig zijn dat bijna allemaal traditionele ‘huizenbouwers.”
Iets wat dikwijls vergeten wordt, wanneer het over duurzaam bouwen gaat, is verlichting.
Jan Opdeweegh: "Absoluut. Men heeft het altijd maar over verwarming, maar in kantoorgebouwen is verlichting verantwoordelijk voor maar liefst veertig procent van het energieverbruik. Vooral in de ontwerpfase wordt er te weinig aandacht besteed aan energiezuinige verlichting. Zo moet je het daglicht optimaal benutten en is het belangrijk dat je energie-efficiënte armaturen plaatst met een energie-efficiënte inregeling. Dan denk ik aan modulerende schakelingen, daglichtdimming, automatische aan/uit- schakelingen enzovoorts. Gloei – en halogeenlampen moeten verdwijnen. Men zou enkel nog tl- , spaar - en LED lampen mogen gebruiken. Gelukkig beseft men de laatste jaren meer en meer dat energiezuinige verlichting de energiekosten doet dalen. Het sensibiliseringsproces is volop aan de gang.”
Wie is wie?
Joël Melaerts: commercieel directeur van nv Mathieu Gijbels. Bouwbedrijf Mathieu Gijbels is al geruime tijd gespecialiseerd in renovaties van bedrijfsgebouwen en industriële gebouwen. Op de website van de firma is Joël Melaerts een blog opgestart, specifiek gewijd aan de renovatie van bedrijfsgebouwen.
Rik Van Com: vennoot van het architectenbureau Helsen Van Com met vestigingen in Hasselt en Keerbergen. Industriële en logistieke gebouwen spelen een prominente rol in het portfolio van het bureau. Oorspronkelijk vooral nieuwbouw, maar nu ook steeds meer renovaties.
Jan Opdeweegh: zaakvoerder van studiebureau GHW uit Bree. Het bureau houdt zich vooral bezig met EPB-verslaggeving en heeft een eigen programma ontwikkeld om simulaties te maken van de implementatie van energiezuinige technieken.
Meteen op de hoogte van het laatste architectuurnieuws?
De Architectura-nieuwsbrief biedt een boeiende mix van actualiteit, projectbeschrijvingen, opiniestukken, productinnovaties, info over evenementen, maar video's, podcasts en zoveel meer.
Schrijf je nu in en ontvang onze wekelijkse nieuwsbrieven in jouw mailbox.