Restauratie stadhuis Diksmuide: van gesloten en donker naar open en modern

Het stadhuis van Diksmuide, gebouwd in de nasleep van de Eerste Wereldoorlog, was toe aan een grondige restauratie omdat het gebouw niet goed toegankelijk was. De ingrepen van het team bestaande uit Callebaut Architecten en ontwerpend architect ono architectuur tonen aan dat historische restauratie en een modern ontwerp toch hand in hand kunnen gaan.

Het stadhuis van Diksmuide geeft op een goede manier zijn functie weer ten aanzien van de andere gebouwen op de Grote Markt. Het statige volume wordt versterkt door de aanwezigheid van de Belforttoren, wat zijn positie als stadhuis benadrukt. Vóór 1428 kende het stadhuis reeds drie eerdere versies, steeds in verschillende stijl. Het bestaande complex is echter vrij recent en dateert van 1923. Na WOI werd het opgetrokken in regionalistische stijl naar ontwerp van Jozef Viérin en Valentin Vaerwyck.

Het stadhuis van Diksmuide diende zijn functie echter veel minder goed. Het verhoogde gelijkvloers zorgde ervoor dat het gebouw niet integraal toegankelijk was. De dagelijks bruikbare nuttige oppervlakte was beperkt. De lichttoetreding was niet overal ideaal, waardoor het gebouw binnenin als een gesloten en donker geheel aanvoelde. Daarenboven werden in de loop der tijd opeenvolgende verbeteringswerken uitgevoerd die de eenheid van de interieurs hebben verbroken, en architecturaal gezien de kwaliteit van het oorspronkelijke ontwerp hadden aangetast.

Het stadhuis met Belforttoren wordt sinds 24 november 1999 beschermd als monument. Een week later (1 december 1999) werd het Belfort samen met 23 andere Vlaamse belforten opgenomen op de lijst van Unesco Werelderfgoed.


Nieuw binnenplein

Het project voor het stadhuis vertrekt van de kwaliteiten van het bestaande gebouw zonder de tekortkomingen ongemoeid te laten, en heeft betrekking op een totaalconcept met zowel interieur- als exterieurwerken.

De statige toegang op de markt blijft behouden als ceremoniële toegang. De publiekswerking wordt echter naar een nieuw omsloten binnenplein geleid. Hier brengt een helling de bezoeker naar de nieuwe beglaasde en uitnodigende toegang. Het plein vormt tegelijkertijd een rustplek op de nieuwe routing door de stad. 

Intern verdelen een nieuwe traphal en lift de gebruikers op een overzichtelijke manier over alle niveaus van het gebouw. Hierdoor zijn de bestaande kelder en zolderruimtes publiek toegankelijke ruimtes geworden.


Slimme verbinding

Een slimme verbinding langsheen de Belforttoren maakt ook twee kleinere ruimtes functioneel inzetbaar. Een uitbreiding van de kelder onder het nieuwe gecreëerde plein optimaliseert de functionaliteit van het gebouw nog verder. 

Het stadhuis van Diksmuide is een voorbeeld van hoe historische restauratie en een modern ontwerp toch hand in hand kunnen gaan. Het beschermde ensemble vormt in het geheel maar ook in alle samenstellende delen een publiek toegankelijk project. Vandaag opent het stadhuis zich meer dan ooit voor het publiek. 

Deel dit artikel:
Met medewerking van
Onze partners