Intelligente verdichting van stadskernen is zonder twijfel de best mogelijke oplossing voor de voortschrijdende demografische groei. Nochtans circuleren er heel wat onterechte vooroordelen: verdichting wordt al te vaak geassocieerd met bouwen in de hoogte, wat dan weer zou leiden tot een verdere daling van de (weinige) levenskwaliteit. Leefmilieu Brussel (BIM) hoopt de sceptici te kunnen overtuigen via een seminarie dat zal plaatsvinden op 9 november, waar het zal toelichten hoe verdichting steden leefbaarder kan maken. Bij wijze van voorsmaakje gaat Charlotte Claessens, project officer bij Leefmilieu Brussel (departement Sustainable City) en moderatrice van het seminarie, al even in op deze boeiende materie.
Volgens Charlotte Claessens is het zaak om doordachte en kwalitatieve verdichting te baseren op enkele essentiële vereisten, waaronder openbaar vervoer en groene publieke ruimtes met een open karakter. "De eerste vraag die we ons moeten stellen, is of het openbaar vervoer voldoende toegankelijk is – iets wat zelfs in bepaalde delen van Brussel nog steeds problematisch is. Een ander fundamenteel aspect is de kwaliteit van de beschikbare publieke ruimte. Ook op dat vlak moeten we vaststellen dat er een discrepantie bestaat tussen extreem dense stadscentra en de zogenaamde ‘tweede laag’, die doorgaans nog veel verdichtingspotentieel heeft."
Verdichten zonder bouwen
Eerder dan onbebouwde terreinen in de periferie aan te snijden, komt het er vooral op aan om het bebouwde weefsel te exploiteren, dat vaak ondergewaardeerd en onderbenut is. "Het voorbeeld van CityGate, in het zuidwestelijke deel van Kuregem in Anderlecht, zal aantonen hoe voormalige industriële sites verdicht kunnen worden zonder de bijzondere erfgoedkwaliteiten van de plek aan te tasten en het bestaande patrimonium te overvleugelen. Het CityGate-programma is uitgebreid en complex. Op een totale oppervlakte van meer dan 90.000 m² worden er drie projecten ontwikkeld (CityGate I, CityGate II et CityGate III), elk met hun eigen identiteit. Bouwheer citydev.brussels wil er een voorbeeldrealisatie van maken door een mix van economische activiteiten, winkels, woningen en publieke ruimtes te voorzien."
In sommige gevallen is het zelfs nodig om bepaalde blokken aan te pakken die in het verleden ‘overbebouwd’ zijn. Ook ‘ontdichting’ kan dus aan de orde zijn. "Een goed voorbeeld daarvan is het ECAM-project, dat – in het kader van het Duurzaam Wijkcontract ‘Bosnië’ – mikt op een bevordering van de levenskwaliteit via de creatie van groene ruimtes en een aantrekkelijke functiemix."
Nabijheid, circulariteit, evolutiviteit
In elk project moet verdichting beschouwd worden als een kans om ‘nabijheid’ te creëren. "We willen een toegankelijke stad met nabijgelegen diensten zoals scholen en winkels, die bijdragen tot een broodnodige mix van functies, opdat een wijk 24 uur op 24 uur kan bruisen. Bepaalde torengebouwen in de Noordwijk, waarvan het gelijkvloers enkel plaats biedt aan een ruime inkomhal en technische ruimtes, zijn een prima voorbeeld van hoe het niet moet …"
Een ander belangrijk principe dat we moeten nastreven, is dat van de circulaire of veerkrachtige stad met groene en blauwe zones. "We kunnen niet verdichten zonder na te denken over het landschap en open publieke ruimtes, want ze vervullen enkele vitale functies voor de stad: zuivering van de lucht, regenwaterbeheer, creatie van biodiversiteit en levenskwaliteit ..."
Een derde principe is dat van de ‘evolutieve’ stad. Wanneer we gebouwen optrekken, moeten we in ons achterhoofd houden dat ze in de toekomst (een) andere functie(s) zouden kunnen krijgen. "We zouden bijvoorbeeld half ingegraven ondergrondse parkings kunnen realiseren, om zo een zekere natuurlijke lichtinval te garanderen. Dit met het oog op een eventuele reconversie wanneer de auto niet meer zo’n belangrijke plek in ons leven zal bekleden als vandaag."
Densifiëren om beter te delen
Omdat rationeel grondgebruik in het licht van de duurzaamheidsfilosofie een ‘vergemeenschappelijking’ van ruimtes en infrastructuur impliceert, zullen verschillende sprekers op het seminarie enkele good practices op het vlak van coworking en cohousing uit de doeken doen. Dit laatste concept biedt – via persoonlijk initiatief – de mogelijkheid om een ‘dorp in de stad’ te creëren, wat zeer welgekomen is in het tijdperk van ieder voor zich. Maar zoals Charlotte Claessens benadrukt: "De architect kan dan wel alles voorzien: als de gebruikers het spel niet willen meespelen, zal het niet lukken. Bottom-up cohousingprojecten hebben veel meer kans op slagen."
Seminarie en nieuwe standaard in voorbereiding
Om de strijd tegen verstedelijking te bevorderen, kwam Wallonië op de proppen met de standaard Quartiers nouveaux, terwijl Vlaanderen een beroep doet op zijn ‘duurzaamheidsmeter’. Vanaf begin 2019 zal er ook in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een tool beschikbaar zijn die definieert wat nu precies een ‘duurzame wijk’ is. Deze nieuwe standaard zal ontwikkelaars helpen om zich de juiste vragen te stellen met betrekking tot duurzaamheid, te beginnen bij de creatie van de aangewezen densiteit in functie van de plaats waar het project vorm zal krijgen.
Binnen drie weken, op vrijdag 9 november, verwelkomt Charlotte Claessens u op een seminarie dat volledig gewijd wordt aan intelligente verdichting en de middelen waarmee we dit kunnen bewerkstelligen. Meer info over het exacte programma en inschrijvingen vindt u via deze link.