De St. Lucas kunstacademie in Antwerpen heeft een nieuwe thuishaven waar creatie en transparantie centraal staan. Atelier Kempe Thill realiseerde het nieuwe academiegebouw met een combinatie van hergebruik en nieuwbouw.
Bij de St. Lucas kunstacademie in Antwerpen werd Atelier Kempe Thill geconfronteerd met een beperkt bouwbudget als uitgangspunt. Bovendien vroeg de opdrachtgever om een complex ruimteprogramma dat gedeeltelijk in een bestaand gebouw moest worden geïntegreerd. Optimalisatie op verschillende niveaus en een algemeen minimalisme waren dan ook belangrijke ontwerpuitgangspunten om überhaupt te kunnen voldoen aan het programma van eisen.
Het nieuwe gebouw is ontwikkeld samen met de verschillende gebruikers van het instituut en gemaakt om aan hedendaagse voorwaarden van het kunstonderwijs te kunnen voldoen. De ambitie was om het ontwerp te gebruiken als een middel om het onderwijsproces en het instituut zelf te reorganiseren en de academie klaar te stomen voor de uitdagingen van de 21ste eeuw. Hierbij hadden de volgende twee vragen een centrale invloed op het ontwerp: Hoe kan het ontwerp interdisciplinair werk stimuleren en de creatie van kunst inspireren? En hoe kan het ontwerp het publieke karakter van het instituut versterken en de school openstellen naar de stad?
Transformatie van een verpleegschool
Het uitgangspunt van het ontwerp was de transformatie van een bestaande verpleegschool uit de late jaren 50 van de vorige eeuw. Het aangename gebouw was, na bijna 60 jaar gebruik, nog steeds in goede staat, maar bood slechts kleine en inflexibele klaslokalen die onvoldoende geschikt waren voor het hedendaagse kunstonderwijs.
Omdat het budget geen volledige sloop van het bestaande huis toeliet, besloot Atelier Kempe Thill te kiezen voor een gecombineerde strategie van gedeeltelijk hergebruik, gedeeltelijk transformatie en gedeeltelijke afbraak om ruimte te maken voor een substantiële nieuwe uitbreiding van het instituut. Het hoofdgebouw langs de straat en de zijvleugel werden behouden, terwijl de twee kleinere auditoria aan de tuinzijde werden gesloopt.
De transformatie was vooral gericht op de begane grond van de bestaande verpleegschool. Om de school een meer publiek karakter te geven, werden nagenoeg alle niet-dragende en gedeeltelijk dragende muren verwijderd om grotere en meer flexibele ruimtes te kunnen realiseren.
De straatgevel is geopend door het plaatsen van grote ramen waardoor er een sterke visuele relatie tussen de straat en de school ontstaat. In de gevel zijn functies zoals de openbare kunstbibliotheek en de tentoonstellingsruimte geplaatst om interactie met het publiek en de stad te maximaliseren. In de centrale zijvleugel is – met zicht op de groene binnenplaats en de centrale hal - het studentenrestaurant gerealiseerd dat dienstdoet als social connector.
Op het dak van het bestaande gebouw werd een belangrijke fotostudio geplaatst. Om deze studio te verwezenlijken, werd het bestande dak gedeeltelijk verwijderd en een nieuwe structuur geplaatst, waardoor hogere en meer flexibele ruimtes ontstonden.
Nieuw atelierhuis
Aan de tuinzijde van de bestaande school hielp een substantiële nieuwe uitbreiding in de vorm van een atelierhuis het instituut meer flexibele en inspirerende studioruimten te bieden. Het nieuwe, relatief grote, volume is voorzichtig geïmplementeerd op het binnenterrein van de bestaande bouwblok afkomstig uit de vroege 20e eeuw. Het bouwvolume is gedeeltelijk ondergronds gerealiseerd om zijn absolute hoogte te beperken. De bovenste verdieping van het nieuwe volume heeft ook een aanzienlijke set-back om de visuele impact van de nieuwbouw nog verder te reduceren.
Het atelier, dat door zijn open glazen gevels een eerder lichte indruk maakt, is met zijn messing geanodiseerd metalen gevel op zoek naar een dialoog met de monumentale Sint Laurentiuskerk en de andere bakstenen gebouwen in de directe omgeving.
Het compacte volume van de nieuwbouw (ongeveer 34m x 34m) bestaat uit vier verdiepingen van altijd 3,75m vrije hoogte. De kelder met uitstekende daglichtomstandigheden biedt plek voor werkplaatsen, een drukkerij en de studio’s voor juweelontwerp. De begane grond en de eerste verdieping worden gebruikt als atelierruimtes voor beeldende kunstenaars. De ateliers zijn met elkaar verbonden door een 12 m hoge vide van ca. 8m x 13m, die wordt verlicht door een groot, centraal geplaatst dakraam. Op de tweede verdieping vindt men lokalen geschikt voor het tekenprogramma van de academie.
Optimale omstandigheden voor kunsteducatie
In plaats van de aanvankelijk gevraagde grote hoeveelheid gescheiden lokalen, biedt het atelierhuis nu open en zeer neutrale plateaus met een oppervlakte tot 930m2 per verdieping, die maximale flexibiliteit mogelijk maken en tegelijkertijd spontaan gebruik van de ruimte stimuleren. Om alsnog een flexibele ruimtelijke indeling te realiseren zijn beweegbare scheidingsmuren van 2,2m x 2,2m x 0,5m ontworpen die het mogelijk maken de ruimte op te delen in verschillende configuraties.
Het gevelontwerp resulteerde in een zeer projectspecifieke oplossing. Het ontwerp biedt een maximum aan gesloten wanden die ideale omstandigheden bieden voor de productie en het presenteren van kunstwerken. Deze muren zijn 2,2 m hoog en omsluiten de plateaus, wat zorgt voor een zeer geconcentreerde en haast hermetische sfeer binnen het gebouw. Boven deze muren verlopen horizontale bandramen die een maximale hoeveelheid daglicht binnenlaten en het diepe bouwvolume vullen met natuurlijk licht. De glaspartijen, die een aangenaam uitzicht bieden op de lucht en de boomtoppen geven een licht modernistische sfeer aan de ruimtes en relativeren het besloten karakter van het atelierhuis. Uitsluitend op de begane grond vindt men een 14 m breed kamerhoog raam dat een panoramisch uitzicht geeft op het groene binnenterrein van het bouwblok.
Als een parkeergarage
Om binnen het gestelde budget te blijven, probeerde Atelier Kempe Thill een relatief betaalbaar systeem te vinden voor de bouw van het atelierhuis. Uitgangspunt was het concept om het huis vorm te geven net als een parkeergarage. Alle vloeren zijn gemaakt van massief gepolijst beton om zo het gebouw robuust te houden en zodoende veel weerstand tegen onverwacht gebruik bieden.
Akoestische plafonds zijn- waar mogelijk -vermeden om de betonen plafonds in zicht te laten. De wanden en kolommen zijn ontworpen in in-situ beton, met veel aandacht voor de kwaliteit van het bekistingspatroon. Ook is er gestreefd om de noodzakelijke constructieve delen tot een minimum te beperken. In dialoog met de ingenieurs van BAS Leuven is een draagstructuur ontwikkeld met een minimum aan kolommen, dragende gevels en vrijdragende wanden, wat ervoor zorgt dat hoekkolommen konden worden vermeden.
Het dak is uitgevoerd als een "hangend dak" met voorgespannen dakbalken om aanvullend kolomgebruik te voorkomen. Het ventilatiesysteem van het gebouw is gebaseerd op het nieuwe BaOpt-principe. Hierdoor zijn horizontale luchtkanalen vermeden, wat resulteert in een visueel bijna "installatievrij" gebouw. Het robuuste karakter van het huis wordt onderstreept door de geverfde massieve stalen balustrades rond het centrale atrium en enkele geschilderde houten interieurelementen, wat zorgt voor een rustig, door beton gedomineerd interieur dat het gerichte werkproces van de kunstenaars ondersteunt en versterkt.
Façade
Zoals beschreven werd het atelierhuis hoofdzakelijk van binnenuit naar buiten ontworpen. Hierdoor is de innerlijke logica van het gebouw rechtstreeks op de buitengevels te lezen. De tot 5,3 m lange en tot 2,3 m hoge glazen ramen vormen doorlopende horizontale glasbanden die de buitenkant van het gebouw domineren. Zowel de plint als het paar dakranden zijn beide gemaakt van glas waardoor het gebouw een zeer bijzonder en transparant karakter heeft dat wordt onderstreept door de open hoeken die ook in glas zijn vormgegeven. Het grote panoramavenster van 14m x 4m in het midden van het huis springt subtiel uit de - verder gladde - gevel en biedt zicht op het interieur van de school. Tussen de horizontale glasbanden werden aluminium platen met verticale kanalen geplaatst. Net als de kozijnen zijn ze geanodiseerd in een donkere messing toon die overeenkomt met de omliggende bakstenen gebouwen. De perforatie van de aluminiumplaten met een patroon van ronde gaten voegt extra lichtheid toe aan de gevel.