Station Kortrijk erkend als een van de zeven meest bedreigde erfgoedsites van Europa

Europa Nostra, de pan-Europese federatie die zich inzet voor het behoud van cultureel erfgoed, heeft het station van Kortrijk op de lijst geplaatst van de zeven belangrijkste bedreigde erfgoedsites in Europa. Voor de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie (VVIA), die de nominatie voor het “The 7 Most Endangered”-programma had ingediend, staat het station niet alleen symbool voor de herwaardering van recent erfgoed en de wederopbouw van een stad na de Tweede Wereldoorlog. maar kan het gebouw ook vlot herbestemd worden met toegevoegde nieuwe functies. De organisatie hoopt dat deze erkenning een belangrijke discussie zal doen ontstaan, en dat het de NMBS en Infrabel met andere ogen naar het bestaande station zal doen kijken.

Het bestuur van Europa Nostra heeft de finalisten geselecteerd uit de 11 monumenten en erfgoedsites uit acht landen die eerder door het adviespanel van het 7 Most Endangered-programma op de shortlist waren geplaatst. De voordrachten werden ingediend door lidorganisaties, geassocieerde organisaties of individuele leden van Europa Nostra, alsmede door leden van de European Heritage Alliance.

De selectie werd gemaakt op basis van het uitzonderlijke erfgoedbelang en de culturele waarde van elk van de sites, en het ernstige gevaar waarmee zij vandaag de dag worden geconfronteerd. De mate van betrokkenheid van lokale gemeenschappen en de inzet van publieke en particuliere belanghebbenden om deze sites te redden werden beschouwd als cruciale toegevoegde waarden. Een ander selectiecriterium was het potentieel van deze sites om als katalysator voor duurzame sociaaleconomische ontwikkeling te fungeren en als instrument voor de bevordering van vrede en dialoog in hun omgeving en ruimere regio.

De 7 geselecteerde sites komen in aanmerking voor een EIB-erfgoedsubsidie van 10.000 euro per site om te helpen bij de uitvoering van een overeengekomen activiteit die zal bijdragen tot de redding van de bedreigde sites. Teams van deskundigen van Europa Nostra en het Instituut van de Europese Investeringsbank zullen nu, samen met de organisaties die de 7 geselecteerde sites hebben voorgedragen en andere partners, informatie verzamelen en belangrijke belanghebbenden ontmoeten om de sites te beoordelen en een technisch en financieel verslag uit te brengen met aanbevelingen voor maatregelen.

 

Het spoorwegstation van Kortrijk

Kortrijk, gelegen aan de westelijke grens van België nabij Rijsel, bezit een spoorwegstation met de waarde van een stedelijke openbare ruimte. Een eerste station werd gebouwd in 1839, volgens de Europese trend van het neoclassicisme. Als communicatiecentrum herbergde het gebouw geleidelijk andere openbare diensten, zoals een telegraafkantoor in 1851 en een postkantoor tussen 1850 en 1905.

Het station werd opgericht aan de rand van de stad Kortrijk. De "nieuwe" verbinding beïnvloedde de stadsontwikkeling en leidde tot het ontstaan van een nieuwe wijk met het station van Kortrijk als centrum. Kortrijk werd een belangrijk spoorwegknooppunt op de weg naar Frankrijk en werd daarom in 1944, na de invasie van Normandië, zwaar gebombardeerd. Meer dan 1.800 gebouwen, waaronder het station, werden verwoest.

Een nieuw station werd in 1951 gebouwd naar ontwerp van de Kortrijkse architect Pierre Albert Pauwels, één van de belangrijke figuren uit de Belgische hedendaagse architectuur. De verbouwing van het station volgde de stijl van Expo 58, een "discussie" tussen neoklassieke en hedendaagse elementen. Het nieuwe gebouw kreeg op de gevel een bas-reliëf met een allegorische voorstelling van reizen en vervoer, gemaakt door beeldhouwer Maurits Witdouck. In de centrale reizigershal een kunstwerk dat de industrie van de Leie en Kortrijk voorstelt, gemaakt door de Brugse keramist Rogier Vandeweghe.

 

Voorbeeld voor herbestemming van industrieel erfgoed

Het iconische gebouw dreigt nu gesloopt te worden voor de ontwikkeling van een nieuw station. Een plan hiervoor werd in 2015 aangekondigd door de NMBS en Infrabel, de eigenaars van het station. Sloop zou volgens VVIA niet alleen het verlies betekenen van een architecturaal juweeltje en een symbool van de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog, maar ook het verlies van een openbare ruimte voor de inwoners van Kortrijk. Lokale burgers en organisaties voerden via petities campagne tegen de sloop. Zij pleiten voor duurzaam behoud en ontwikkeling van dit architectonisch monument.

De Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie stelt voor het openbare gebruik van het gebouw als spoorwegstation te behouden en de burgers er verder bij te betrekken, met de aanvullende functies zoals ontmoetingsruimten en co-working spaces. De duurzame bewaring en ontwikkeling van het Kortrijkse station zou een voorbeeld kunnen zijn voor herbestemming van industrieel erfgoed in Europa en daarbuiten. Het adviespanel van “The 7 Most Endangered” treedt de VVIA daarin bij: "Het station van Kortrijk is een uniek architecturaal en een goed bewaard voorbeeld van Belgisch spoorwegerfgoed. Recente aanpassingen van andere Belgische stations tonen aan dat het behoud van de bestaande architectuur in combinatie met moderne toevoegingen en functies perfect kunnen samengaan."

Bron: VVIA
Deel dit artikel:
Onze partners