STEEN & BEEN. Advocaat van de duivel (Filip Canfyn)

Onze huiscolumnist Filip Canfyn leest op dezelfde dag dat de Vlaamse Regering ‘Regelrecht’ lanceert, een campagne pro adminstratieve vereenvoudiging en contra regeldruk, een verbijsterend opiniestuk (De Tijd, 21.02.25.) van advocaat Stijn Verbist, onder de titel ‘Wie controleert de ambtenaar nog?’.

Ik neem het opiniestuk van meester Stijn Verbist, dat de machtsverhouding tussen politiek mandataris en ambtenaar behandelt, hieronder quasi integraal over. De getallen tussen haakjes verwijzen naar mijn opmerkingen verderop.

“Een ambtenaar is (…) iemand die werkt voor de overheid. (…) In het Engels wordt gesproken van een civil servant. (…) De ambtenaar vervult dus een dienende functie. En omdat hij voor de overheid werkt, staat het algemeen belang voorop. (1) Een belangrijk onderscheid met een politiek mandataris is dat de ambtenaar niet verkozen wordt. (2)  (…) Hij moet de politieke mandataris ten dienste staan, zodat die de overheid goed geschraagd kan besturen en zodat de overheid goed functioneert. In het belang van de burger. (3) Nu zijn er twee factoren, die die driehoeksverhouding tussen ambtenaar, politiek mandataris en burger zwaar onder druk zetten. Enerzijds is er de war on talent, die maakt dat het ook voor openbare besturen niet eenvoudig is goede werkkrachten aan te trekken en te houden. (4) Anderzijds is er nog de steeds groeiende complexiteit en kwantiteit van regels, wetten en reglementen. (5) Die twee factoren hebben de voorbije jaren geleid tot een bijna geruisloze kanteling van de macht. Waar alleen verkozen mandatarissen kunnen bogen op een democratisch gelegitimeerde macht, dan zien we dat die macht langzaam maar zeker is geërodeerd ten voordele van de ambtenaren. (6) Zij beschikken over de kennis. (7) (…) een derde factor: de door sociale en andere media aangezwengelde cultus van verontwaardiging. Iedereen is er als de kippen bij om een politicus in functie te betrappen op ‘beïnvloeding’. De problematiek is vaak veel te complex om uitgelegd te krijgen en eens beschuldigd is men aangeschoten wild. (8) Een en ander heeft niet alleen tot gevolg dat de werkelijke machtsbasis stilaan is verschoven naar het ambtenarenkorps, maar ook dat dat ambtenarenkorps niet altijd even kordaat en met de vereiste kennis van zaken wordt gecontroleerd. ‘Als de ambtenaar het zo heeft geadviseerd, zal het wel juist zijn’, klinkt het soms. Er is echter geen enkele natuurwet die garandeert dat wat een ambtenaar zegt of doet, correct is. (9) (…) Uiteraard mogen ambtenaren een eigen mening hebben en deze of gene ideologie aanhangen. Problematisch wordt het als die overtuiging een invloed heeft op de uitoefening van de ambtenarentaak, waarbij een eigen specifieke invulling wordt gegeven aan wat al dan niet van algemeen belang is. (10)  (…) de regeldrift van de overheid (is) bijzonder problematisch. Samen met de toenemende onwetendheid van sommige politieke mandatarissen, die niet zelden opnieuw moeten leren waarvoor ze zijn gekozen: de overheid leiden en besturen, met daadkracht en kennis van zaken. (11)

 

  1. Het algemeen belang staat niet alleen voorop voor de ambtenaar maar ook voor de mandataris, mag ik hopen.
  2. De ambtenaar moét niet verkozen worden en dat is misschien beter voor het algemeen belang (zie ook verder).
  3. Voor alle duidelijkheid, de mandataris (van hogere en lagere overheden) maakt en stemt de regels, wetten en reglementen. De ambtenaar adviseert de mandataris op basis van diezelfde regels. De mandataris neemt tenslotte een beslissing, al dan niet volgens dat advies. Dat heet het primaat van de politiek en vormt een controlesysteem op zich. De vraag stelt zich dan wel: wie moet meer gecontroleerd worden, de ambtenaar of de mandataris? Of controleert de burger de mandataris (bij verkiezingen om de zoveel jaar)? Of luistert de mandataris meer naar de burger dan naar de ambtenaar, die de regels van de mandataris moet respecteren?
  4. Waarom zou de war on talent alleen gelden voor de ambtenaar? Alsof elke mandataris talent zou hebben, zeker bij lagere overheden. Populariteit in de stembus is geen garantie voor bestuurlijke kwaliteit. Misschien is het daarom goed dat de ambtenaar niet verkozen moet worden en kan zorgen voor kennis, expertise en continuïteit, die het legislatuurdenken van de mandataris overstijgt.
  5. Die complexiteit en kwantiteit worden nota bene door de mandataris bepaald. Een ambtenaar moet die regels slechts toepassen.
  6. Dat een mandataris met de vinger wijst naar een machtsverschuiving richting ambtenaar zegt op zich niets: de mandataris kan dit aan de burger vertellen, waar of niet waar, om zelf buiten schot te blijven als de burger moeite heeft met macht.
  7. Dat de macht verschuift naar de kennis, in casu, de kennis van de regels van de mandataris, is op zich geen slechte zaak, integendeel. Macht zonder kennis is gevaarlijk en het is de verantwoordelijkheid van de mandataris om zelf dat kennishiaat te vermijden.
  8. Een mandataris wordt willens nillens een publiek figuur met een aansprakelijkheid. Dat is zijn eigen keuze, ook al wordt zijn functioneren niet makkelijk gemaakt in deze tijd van wrede socials. Een mandataris moet trouwens àltijd onbesproken zijn, socials of niet.
  9. Het is toch vreemd dat de ambtenaar de zwarte piet van de oncontroleerbaarheid krijgt maar dat bijvoorbeeld de machtige kabinetards van de mandataris (van een hogere of grotere overheid) onbesproken blijven. Zijn die controleerbaar? Bestaat er een natuurwet, die hen gelijk heeft? Bovendien heeft de mandataris dat primaat van de politiek: hij kan het advies van de ambtenaar, op basis van de regels van de mandataris, naast zich neerleggen, mits hij die beslissing motiveert op basis van zijn eigen, dus dezelfde regels. Wie controleert dat?
  10. Dit is een zeer zware maar niet gestaafde beschuldiging aan het adres van de ambtenaar: ideologisch misbruik. Zo wordt gesuggereerd dat de regels van de mandataris niét ideologisch zouden zijn, dat de ambtenaar het algemeen belang verdraait in functie van zijn ambtelijke ideologie en dat de mandataris het algemeen belang wél boven zijn politieke ideologie plaatst.
  11. Het slot is verrassend: de problematische regeldrift (van de mandataris) en de toenemende onwetendheid (bij de mandataris) worden gehekeld. Zou het dan toch nuttig zijn dat de kennis, expertise en continuïteit van de ambtenaar bestaan?

Ik loop al meer dan veertig jaar rond in de wereld van hogere en lagere overheden. Ik kan àl mijn opmerkingen onderbouwen met voorbeelden en observaties. Ik heb in die tijd ook geleerd dat je, voor je iets van een advocaat leest en voor waar aanneemt, altijd moet vragen wie zijn opdrachtgever is. Wie is de duivel van Stijn Verbist?

Deel dit artikel:
Onze partners