STEEN & BEEN. Breuklijn (Filip Canfyn)

Onze huiscolumnist Filip Canfyn heeft vakantiegewijs één week in Dieppe en één week in Oostende verbleven. Hij vond er twee levendige kuststeden met nogal wat gelijkenissen maar ook met één groot verschil: hun breuklijnen.

Dieppe en Oostende zijn twee badplaatsen (zo heet dat dan) met een pionierende pedigree als vertierstek voor aristocratie en bourgeoisie. Dieppe bouwt al in 1822 de eerste accomodatie voor het zeegerelateerde nietsnutten en laat vanaf 1848 met de trains de plaisir de bemiddelde Parigots aanrukken. Ook Oostende gebruikt deze Brightoneske logica om in de tweede helft van de negentiende eeuw de Brusselse elite te verleiden. Vandaag lijken Dieppe en Oostende nog steeds op elkaar, als bruisende havensteden, met hun eigen sans abris of Carapilsdrinkers in het straatbeeld en met een drukbeklante wekelijkse markt, waar de tonnen verse voeding (vlees en vis, groenten en fruit, kaas en kip) nog de goedkope kleren en de Chinese brol overheersen. En toch worden ze zo anders.

Het gezicht van Dieppe naar de zee toe wordt gevormd door geblokte vijftiger-jaren-architectuur met vlak daarachter de boeiende en grillige oude stad van vissers- en burgershuizen. Dieppe wordt immers aan strandzijde letterlijk in twee gesneden door een breuklijn, de breuklijn van de Tweede Wereldoorlog. Hier werd op de keien in de branding slag geleverd, hier werd het oude gelaat kapotgeschoten. Het litteken houdt het letterlijk front van de stad bescheiden.

In Oostende vermenigvuldigen de breuklijnen van elke zoveelste vastgoedoorlog zich. Overal wordt hoog en breed en schots en schreef en vooral grof binnengevallen met betonlegers. Het gezicht van Oostende wordt een uitgebreid en uitgespreid mombakkes van imperialistische banaliteit. Oostende verkoopt zichzelf uit. Voor wie en voor wat? Dit is dezelfde stad, die haar Venetiaanse Gaanderijen en haar Thermae Palace Hotel al jaren laat verkommeren maar terzelfdertijd haar city marketing lardeert met Photoshopidealiseringen van dezelfde gebouwen.

Oostende zit diep, Dieppe niet.

 

PS

Er loopt tot 5 november 2023 in dezelfde Venetiaanse Gaanderijen een onverhoopt prettige overzichtstentoonstelling van Joseph Willaert (overleden in 2014), een kunstenaar, die de onmogelijk lijkende synthese maakt tussen Raoul De Keyser, Roger Raveel en Marcel Broodthaers met een verrassende mélange van grappige popart en naïef realisme. “Als u mijn schilderijen niet graag ziet, dan ben ik er nog niet zo zeker van dat het mijn schuld is.” Dixit Willaert. In 1976 op de Biënnale van Venetië, vandaag in de Venetiaanse Gaanderijen. Ja, in Oostende.

Deel dit artikel:
Onze partners