Steen & Been: Brutopia!

Onze huiscolumnist Filip Canfyn kan als dagelijkse treintrambusser veel lezen en acht zich daarom een lucky guy. Als kwantiteit bovendien op voldoende wijze vergezeld wordt van kwaliteit, dan kan zijn geluk niet op. “BRUTOPIA – De dromen van Brussel” (De Bezige Bij, 2019) van Pascal Verbeken mag daarom vanaf nu met recht en reden een must read genoemd worden.

Pascal Verbeken mocht onlangs niet klagen bij de lancering van zijn nieuwe boek “Brutopia”: de geschreven pers viel over elkaars voeten om hem toch maar te kunnen interviewen of recenseren. Ik durf dan wel eens wantrouwig en superkritisch worden. Onterecht dit keer. Het is een superboek. Een superboek over Brussel. Neen, niet over architectuur noch stedenbouw, maar wel over de gebouwde en stedelijke omgeving als decor en katalysator van een langdurende en diverse samenleving.

Pascal Verbeken neemt de lezer bij de hand om te wandelen door wijken van Brussel en om die lezer met de neus te duwen op verleden en heden van ‘plekken’, die in het beste geval ‘onbekend’ en in het slechtste geval ‘onbekend maar vooral onbemind wegens anti-grootstedelijke apriorismen’ zijn. En dan kan die lezer, mits enige bereidwilligheid en empathie, meedeinen met vele ware verhalen en puntige observaties.
 

"Architectuur en stedenbouw worden véél boeiender en relevanter als geschiedenis, economie en sociologie zich ook mogen moeien."
 

Een Brussel als centrifuge van de globalisering, dat vandaag goed lijkt op de stad ten tijde van Marx. Een Brussel als habitat van zowel Luftmensjen (Jiddisch voor zwervers en dompelaars) als marchands de sommeil (matrassenverhuurders met een reukje). Een Brussel als spagaat tussen Bruscou, waar blauwe kostuums boven bruine schoenen elkaar zoeken, en de Noordwijk, waar pendelaars, prostituees, daklozen, transmigranten en de laatste hoogbejaarden na de massale sloop moeten samenleven. Een Brussel als burgermaatschappij, dat opvallend weinig protesteert bij de afbraak van Horta’s Volkshuis ‘en style nouille’ maar het Zoniënwoud dan weer massaal als psychiatrische kliniek gebruikt. Een Brussel als promotor van de sablonisering alias verzaveling, dat de Marollen uitbaat als themapark met kunstmatig geconserveerde authenticiteit op maat van de welgestelde weekendtoerist in Airbnb. Een Brussel als stedenbouwkundige spiegel van machtspolitiek en  migratiehistoriek met één constante: het is altijd de onderklasse, die de handenarbeid uitvoert.

Toegegeven, ik ben een Brussel-liefhebber want een stad-liefhebber en zelfs een grootstad-liefhebber. “Brutopia” moet echter ook andere normale mensen kunnen aanspreken. Architectuur en stedenbouw worden véél boeiender en relevanter als geschiedenis, economie en sociologie zich ook mogen moeien. En dat doet Pascal Verbeken met wetenschappelijke, literaire en emotionele bravoure. Samen met een Marc Didden, een Geert Van Istendael, een Eric Min bevestigt hij alleszins mijn passie voor de inderdaad verborgen en ambetante rijkdom van Brussel, een Brussel, dat soms verwordt tot een weerbarstige weduwe met een degoutante pelskraag en een navrante lijfgeur. “Brutopia” levert schitterend stedelijk stof tot nadenken en fantaseren, dat niet nodeloos op de dorre rotsen van verkavelingsland mag neerdalen.

Deel dit artikel:
Onze partners