Huiscolumnist Filip Canfyn las aandachtig “Nacalculatie van de architectenopdracht”, het recente onderzoek van KU Leuven onder leiding van Johan Rutgeers. "Van A tot Z en met open mond. Elke confrater met nieuwsgierigheid en verantwoordelijkheidszin zou eigenlijk hetzelfde moeten doen. De studie kan immers weinig relevanter worden."
Waarom?
Wat valt er zo te leren?
Ik beperk mij hieronder tot eengezinswoningen (EGW), publieke gebouwen (PG) en onderwijsinfrastructuur (ON), omdat vooral deze topics het architectenbestaan voeden: ze zijn goed voor respectievelijk 40%, 24% en 7% van de activiteiten.
Uiterst verhelderdend is tenslotte het deelonderzoek naar de tijdsinvestering voor een kandidatuurstelling, al dan niet in een wedstrijdformule of een andere concurrentiële context.
75% van de opdrachten worden nog altijd ‘gegeven’, dus toevertrouwd aan een preferentiële architect, zonder dat hiervoor een ruime ad hoc-sollicitatie moet gebeuren. Wij hebben het hieronder slechts over de resterende 25%, waarvoor wel een punctuele inspanning moet gebeuren.
Bij 15% van die eventuele opdrachten wordt een visie gevraagd, een uitgebreide nota met een analyse van de site en het programma, aangevuld met referenties. Bij 25% moet het een schetsontwerp worden, met beeldvormende tekeningen, een masterplan, een organisatieschema, … Bij 45% moet een voorontwerp afgegeven worden, dus plannen, doorsneden, gevels, enzovoort. Gemiddeld komen er 300 uren op de teller voor een visie, 250 uren op die voor een schetsontwerp en 425 uren op die van een voorontwerp: voor een kwart van de opdrachten moet dus inderdaad veel geïnvesteerd worden, zonder garantie op succes. (En als de opdracht zonder expliciete selectie ‘gegeven’ wordt heeft dit wellicht ook al ‘geld’ gekost?)
Google Rutgeers + nacalculatie + KU Leuven, bekijk de cijfers in detail en begroot vanaf nu elke opdracht en kandidatuurstelling met kennis van zaken. En vooral, maak je eigen huiswerk, vergelijk met de studie en zet indien nodig de tering naar de nering. Het kan alleen maar leerzaam, dus hoopgevend of confronterend worden …