Steen&Been (column Filip Canfyn): Column-barium

Bij mijn weekendkrant zat een tijdje geleden een gratis pocket, “Het Standaard Stijlboek”, vol schrijftips van redacteurs en, I quote, “andere taalacrobaten”. Als volbloed amateur heb ik uiteraard alle raadgevingen gelezen en vooral de tekst over ‘de’ column van Tom Heremans tot mij genomen. Ik moet schaamtevol bekennen dat ik vanaf nu een tandje zal moeten bijsteken om nog tot de rijke schare van columnisten gerekend te kunnen worden. Wat ik eigenlijk bedoel is dat deze bricoleur op heel wat zal moéten letten …

1.

“Gebruik flauwe woordspelingen, zo mogelijk al in de titel. Hoe flauw de woordspeling ook is, ze valt op, al was het maar omdat mensen zich graag ergeren.” Check.

2.

“Lach met jezelf. Zelfrelativering is het wapen van de lafaard en je kunt daar maar beter je voordeel mee doen.” Check.

3.

“Corrigeer jezelf al schrijvend. ‘Wat ik eigenlijk bedoel is …’ veinst een ontwapenende soort kwetsbaarheid en maakt sympathieker dan men is.” Check.

4.

“Probeer af en toe grappig te zijn.” Oei!

5.

“Een column is altijd te lang.” Check.

6.

“Schrijf de column altijd een dag voor de deadline. Zo kan je op de dag van de deadline nog herbeginnen, wat meestal een goed idee is.” Check.

7.

“Eindig nooit zonder pointe.” Lap, alle moeite voor niets. Volgende keer misschien beter.