In het vorige nummer van Knack verscheen een interview met voormalig Bouwmeester Peter Swinnen over Essers, de overkapping van De Antwerpse Ring en Uplace. Tot grote ergernis van huiscolumnist Filip Canfyn. "Ik ben verontwaardigd", klinkt het.
Mijn broer sms’t me verontwaardigd: “Interview met Swinnen in Knack gezien?” Ik koop voor één keer dat blad en lees onder de noemer “Ex-Bouwmeester fileert vier dossiers ruimtelijke ordening” wat Peter kwijt wil. Kort uit de bocht zegt hij dat de hand van een architect het verschil kan maken, waarmee hij eigenlijk wil zeggen dat de hand van een bouwmeester een groot verschil kan maken, om niet te zeggen dat zijn eigen hand uiteraard het grootste verschil zou kunnen gemaakt hebben. Deze hoofdschotel wordt overgoten met kritiek op het gebrek aan een visionair ruimtelijk beleid, waardoor tunnels afbrokkelen en architectuur niet als een basisrecht van algemeen welzijn erkend wordt.
Ik ben ook verontwaardigd.
Eén, men doet dit niet. Wie geroyeerd is als bouwmeester en nog op een uitspraak wacht over een zelf aangespannen rechtszaak houdt even zijn mond. Uit beleefdheid, uit zelfbescherming en uit tactische overweging. Het hoort niet én het is niet slim op zo’n ogenblik nesten te bevuilen.
Twee, als men het toch niet kan laten, als men het toch doet, dan moet men het goed doen, met goed in de betekenis van correct, waardig, fair en zelfkritisch. Wie de onweerstaanbare behoefte voelt om na een jaar stilte toch de wereld toe te spreken, die wikt en weegt zijn woorden en straalt een minimale hoeveelheid aan bescheidenheid uit. De boodschap kan trouwens maar beter als consequent overkomen. Allemaal goed en wel maar wat beweert Peter?
Het dossier Essers was beter opgelost als een paar architecten de dans geleid hadden en als “de functie van Vlaams Bouwmeester niet afgeschaft was”. Dit moet prettig om horen zijn voor zijn opvolger ad interim, zijn vroegere adjunct.
Het dossier Antwerpse Ring krijgt nu wel een architect, als overkappingsintendant, maar hier gaat het duidelijk over een misbruik van architectuur, die “een glijmiddel om de bevolking een aantal foute beslissingen door de strot te rammen” moet opleveren. Lap!
Het dossier Scholen van Morgen krijgt de volle laag omdat de promotor te veel macht kreeg en slechte scholen bouwt, die over dertig jaar voor “een gigantische crisis in de Vlaamse scholenbouw” zullen zorgen. Tiens. Swinnen zat in elke jury, die de ontwerpen en de architecten koos. Welk gewicht heeft hij dan zelf in de schaal vergeten te leggen?
Het dossier Uplace wordt tenslotte aangegrepen om de architecten achter het project uit te kafferen: ze hebben “verzaakt aan hun maatschappelijke verantwoordelijkheid als architect” en “zelfs een tweedejaarsstudent architectuur beschikt over meer beroepsethiek dan zulke architecten”.
Neen, voor Peter is het nooit goed: mét architecten loopt het beter maar er wordt altijd voor de verkeerde gekozen, mét een bouwmeester loopt het zeker beter als hij maar Swinnen heet en als die niet vergeet zijn rol voluit te spelen. Foeifoei, maar ja, niet alleen Knack moet blijkbaar gevuld worden, ook de dag van iemand, die, volgens de journalist, opnieuw overeind krabbelt.