Onze huiscolumnist Filip Canfyn mist één belangrijk element in de berichtgeving en het debat over hoogbouw, betaalbaarheid, grondprijs, de orderboek van architecten en wat dies meer zij. Hoe woningen geproduceerd worden is immers fundamenteel veranderd en verklaart heel wat fenomenen.
De klassieke driehoeksverhouding, waarbij een bouwheer-bewoner aanklopt bij een architect om een ontwerp te maken en bij een aannemer om dat ontwerp uit te voeren, bestaat quasi niet meer. Dit zelfbouwmodel kent een vrije val: waar 30 jaar geleden nog 1/3 van de woningen het resultaat was van dit proces wordt nu geen 10% meer gehaald. Voor deze implosie bestaan genoeg, al dan niet aantoonbare, redenen of excuses. Dat zelf bouwen lijkt te duur. Bouwheren hebben te weinig beschikbare tijd of technische kennis. Of te veel vrees voor de keuzestress en het beslissingstempo. Ontzorging wordt gezocht. En de onzekerheid van de finale kostprijs wanneer men alles zelf regelt schrikt af. Dit laatste argument verklaart ook de stijgende afkeer voor bestaande woningen en de te lage hoeveelheid energierenovaties vandaag: als men al het budget denkt te hebben weet men niet of dat budget zal volstaan. Dus koopt en renoveert men niet.
Geen driehoek meer heeft alleszins vrij spel gegeven aan de projectontwikkelaars, de vastgoedpromotoren, de kant-en-klaar-woningproducenten, in alle kleuren en smaken: van gedegen langetermijnspelers over lokale keuterbouwers tot stomme schoendoosverkopers, die allen gelijkgestemde architecten inhuren. Dit zwarte gat in de woningmarkt vertaalt zich in de vermaledijde ‘verappartementisering’ in steden en dorpen. De producent kiest uiteraard voor de makkelijkste ontwerp- en bouwmodule, die bovendien het laagste afzetrisico en het hoogste investeringsrendement oplevert. En zolang lokale overheden deze simplificatie met open of gesloten armen blijven ontvangen zal deze banalisering van woningen en woonomgevingen blijven doorgaan.
Meer nog, vandaag wordt ‘verdichting’ misbruikt om elke aanslag op binnengebieden of elke kolonisering in de hoogte goed te praten. Verdichting is nu een mantra maar vooral een smoes, om niet te zeggen een leugen. Verdichting is bedoeld om minder te verharden, niet om overal nog meer te verharden en de grondprijs te doen stijgen.
De dubbele moraal van het verhaal? Eén, zolang deze eenzijdige mercantiele kijk op woningen produceren aangehouden wordt komt het alleszins niet goed met de betaalbaarheid en de beschikbaarheid van huisvesting, zeker als niemand zich bezig houdt met huuralternatieven voor het groeiende peloton van niet-meer-kunnen-kopers. Twee, de vastgoedontwikkeling bepaalt vandaag de ruimtelijke ordening, en niet omgekeerd.
De driehoek is een dodehoek geworden.