Onze huiscolumnist Filip Canfyn kijkt wat cynisch naar de zoveelste opstoot in de media en op de socials, telkens zonder gevolg, rond huur en duur. Ook dit keer moet gevreesd worden dat de alarmbel nodeloos zal geluid zijn, tot de volgende keer, die wellicht weer wat schrijnender wordt.
CIB, hét vastgoednetwerk, bericht in februari 2023: “de schaarste op de huurmarkt en de vraag naar energiezuinige woningen stuwen de huurprijzen” en “de in 2022 genoteerde huurprijsstijging, los van de indexering, is hoger dan de voorgaande jaren”. Geen haan, die kraait.
Bijna twee jaar later blogt Dewaele Vastgoedgroep, de makelaar-marktleider, op 14.01.25.: “huis huren kost voor het eerst meer dan 1.000 €”, “16% minder woningen voor 10% méér kandidaten”, “krapte op huurmarkt historisch groot”, “gemiddelde netto-inkomen in Vlaanderen 2.800 €, dus betaalbaarheid groot probleem”, “huurmarkt stiefmoederlijk behandeld” en “steeds meer financieel sterke tweeverdieners op huurmarkt, dus voor alleenstaanden en personen met inkomen huren nog moeilijker.” Geen haan, die kraait.
Op 19.02.25. bevestigt CIB de Dewaele-signalen: “ongeziene krapte op huurmarkt, die erger wordt buiten centrumsteden”, “16% minder contracten, in vergelijking met 2023” en “stijging huurprijzen met 6%, dus meer dan inflatie”. En nu kakelen de kippen wel, eventjes.
Op 20.02.25. schrijft Wim Boone (kennis- en expertisecentrum voor sociaal wonen) een opiniestuk in De Morgen. Hij merkt terecht op: “De meeste analyses worden geschreven voor de middenklasse op basis van medianen en gemiddelden, die de ongelijkheid op de woningmarkt maskeren.” Het huurprobleem is inderdaad nog nijpender voor niet-tweeverdieners maar confronteert nu ook die notoire middenklasse met de huurmarkt, zoals Dewaele al suggereerde. Boone begint trouwens zijn bijdrage met “Er is al enkele dagen veel aandacht voor betaalbaar wonen.” Die opstoot van bezorgdheid is ondertussen uiteraard weer gaan liggen. Men kan alleen maar hopen dat, als ook de electoral belangrijke middenklasse in de huurmiserie raakt, die aandacht wél langer aangehouden wordt en er wél over structurele oplossingen nagedacht wordt. Waar blijft die haan?