Steen & Been: Felle Nelle

Al sinds 1771 waakt in Oostende een vuurtoren over de zee en zijn vaarders. Vandaag en sinds 1949 staat de 65 meter hoge Lange Nelle pal. De koningin der badsteden houdt aan zijn baken van zeker- en veiligheid. Intussen veranderen de tijden. Zelfs de mentaal eeuwig naar vis ruikende overkant, de Oosteroever, wordt nu verticaal verkaveld in dure appartementen. Lange Nelle, zich van geen kwaad bewust want al ruim 70 jaar op post, blijft haar licht schijnen over de golven en de stad. Dus ook op de slaapkamers van nieuwe penthousers, die door hard werken en ondanks moordende belastingen toch nog voor menige honderdduizenden euro’s plus BTW een optrekje hebben kunnen bijeen sparen.

Drama! Oplossing? De vuurtoren moet gekortwiekt, de nachtrust gevrijwaard, de orde hersteld. En dan neemt Robin Hood Diependaele, wellicht tot zijn eigen verwondering, iedereen in snelheid en geeft hij terug aan het arme Oostende wat die rijke egoïsten wilden stelen.

Viel die vuurtoren dan echt uit de lucht? Op 19 januari 2022, één jaar geleden, wordt een participatiemoment gehouden rond het RUP Oosteroever. Het officieel verslag van AGSO, het stedelijk ontwikkelingsbedrijf van Oostende, zet het ‘incident’ van vandaag in een ander nachtlicht. Wanneer gevraagd wordt waarom zo’n groot woonaanbod niet gespreid wordt over de volledige stad geeft AGSO volgend antwoord: “Nu wordt vooral ingespeeld op de vraag van de ontwikkelaar en het stadsbestuur ondersteunt dit.” Wanneer gevraagd wordt hoe de bouwhoogtes bepaald worden geeft AGSO volgend antwoord: “In het prille begin van de ontwikkeling werd de hoogte van de lichtbundel van de Lange Nelle als referentie gehanteerd. Bij de verdere ontwikkeling werden grotere hoogtes vergund.”

De kroniek van een aangekondigd en zelfgezocht probleem. Tja, Oostende wordt wel meer geconfronteerd met de eigen koppige domheid maar haalt met dit verhaal toch maar The Times, onder de titel: “Wat was er het eerst, de vuurtoren of de luxeflats?”. Nog een geluk, die titel. “Wie was er het stomst, de stad of de promotor?” had ook gekund.