Veel kwader kan ik niet worden: ik huiver van die brand van de Grenfell Tower in Londen. Deze uitwas van een asociaal gedrag als samenleving, van een verkeerde houding naar onderdakbehoevende mensen toe is een hemeltergende schande.
In de gemiddeld eerder puissante Royal Borough of Kensington wonen de superrijken in witte paleizen, de blanke middenklasse in Victoriaanse huizen en de arme bewoners, lees vooral de immigranten, in een vijftal woontorens. Oudere woontorens want in de nieuwe versies resideren dan weer de kapitaalkrachtige landgenoten van die immigranten en andere investeerders. Zo divers zit Kensington in elkaar, en zo ongelijk. De Grenfell Tower, 24 verdiepingen hoog, 5 appartementen per niveau, zo wat 5 bewoners per flat, is eigendom van de borough, zeg maar van de gemeente, en die gemeente blijkt nu niet bepaald wakker te liggen van haar sociale woninggebruikers. Er wordt zelfs beweerd dat de gemeente onder druk staat om die appartementen van de Grenfell Tower zo te verwaarlozen dat die ‘marginalen’ wel moeten vertrekken, dat de buurt vanzelf ‘ontluisd’ wordt en dat het lucratieve vastgoed wat beter aan zijn trekken kan komen. Toch wordt in 2016 een rudimentaire opsmukoperatie op touw gezet: letterlijk wat window dressing met een likje verf en vooral een nieuwe gevelbekleding, bestaande uit de hoogwaardige materialen pvc en isolatieschuim. ‘Cladding’ heet dat in het Engels, in het Nederlands bijna ook. Het zou wel eens kunnen dat die goedkope panelen de brand zowel versneld als verspreid hebben. Je zult dan maar eigenaar, aannemer, architect of ingenieur van dat zootje zijn …
Ik lees in die brandweek ook een masterproef (ik mag aan Sint-Lucas thesissen over stedenbouw en ruimtelijke ordening jureren) over de sociale huisvesting in Chili sinds Pinochet. Een analoog verhaal: mensen met beperkte middelen perifeer opsluiten als Chinese vrijwilligers in armtierige blokken en de handen in onschuld wassen omdat toch iéts gedaan wordt voor die sukkelaars. Dat wordt dan een neoliberaal beleid genoemd, waarbij kwantiteit, als die er al is, altijd primeert op kwaliteit. (In Vlaanderen is de kwantiteit van de sociale huisvesting ondermaats maar mogen we eigenlijk niet klagen over de globale kwaliteit.)
Londen kent eeuwen later weer een grote brand, ten koste van de moderne dompelaars, omdat de samenleving niet wil leren. En zéér selectief reageert.
Een concertzaal in Manchester, die door een randdebiel met Allah-pretentie omvergeblazen wordt tot een nachtmerrie voor pubers? Jihadisme! Men roept voor meer veiligheid.
Een textielatelier in Bangladesh, dat uitfikt en talloze verkoolde kinderhanden achterlaat? Globalisme! Men koopt niet minder goedkope jeans.
Een woontoren in Londen, die onzorgvuldig en onbetrokken in slechte handen achtergelaten wordt en verandert in een laaiend kerkhof? Stilte! We loven de behulpzame buren. Toch kost deze vorm van maatschappij- en markt-terrorisme (nu al) meer slachtoffers dan vele aanslagen van de voorbije jaren.
Daarom maakt het inferno mij zo kwaad: dit kon wél vermeden worden maar werd eigenlijk aangestoken door een misprijzen voor (de noodzaak aan goede) sociale huisvesting.