Onze huiscolumnist Filip Canfyn heeft het Vlaamse regeerakkoord doorworsteld. Na een dag ziekteverlof heeft hij opnieuw moed en kleurpotloden verzameld om voor de doelgroep van Steen & Been relevante topics op een rij te zetten en onder de lamp te houden.
Verrassend is het Vlaamse regeerakkoord natuurlijk niet: de verwachte teneur en geur, veel op te laten ballonnetjes en vooral maatregelen, die strijken met de haren mee van wie tot middenklasse uitgeroepen wordt.
Een ogenschijnlijke en gemediatiseerde reuzensurprise staat er wel in: de abrupte stopzetting van de woonbonus. Jarenlang worden de signalen van academici en de Woonraad (zie ook verder) weggeveegd, signalen, die aantonen dat dit fiscaal voordeel prijsverhogend werkt, kassa voor de banken is wegens dikkere leningen, vooral bij de hoge inkomens terechtkomt, huurders discrimineert en de verwerving van een eigen woning niét stimuleert. Het negationisme wordt nu plotsklaps ingeruild voor een pleidooi pro “een verstandige maatregel”. Niks in het verkiezingsprogramma, niks draagvlak maar dat doet er niet meer toe. De woonbonus verdwijnt immers om één welbepaalde reden: begrotingsmiserie. En het gemor van de middenklasse zal toch koelen zonder blazen. Ik denk dat zo de woonbonus zichzelf bevestigt als dure grap, waarvan weinigen echt wakker liggen terwijl de meeste kopers vandaag in een inkomensklasse zitten, die zich veel kan veroorloven zónder woonbonus.
"De woonbonus verdwijnt om één welbepaalde reden: begrotingsmiserie. En het gemor van de middenklasse zal koelen zonder blazen. Ik denk dat zo de woonbonus zichzelf bevestigt als dure grap, waarvan weinigen echt wakker liggen."
Drie andere beslissingen in de luwte klinken verontrustend.
Eén. De Woonraad wordt naar huis gezonden. Het enige forum, waar over huisvesting in de ruimste zin wordt gedebatteerd, mag beschikken. Het alerte adviesorgaan, dat zowel deskundigen als lobbyisten (makelaars, verhuurders, promotoren, aannemers …) tot consensus brengt, moet zwijgen. Wellicht wegens te ernstig en dus te kritisch over de verkeerd werkende woonbonus, de magere overheidsinspanningen voor sociale en betaalbare woningen …
Twee. De Vlaams Bouwmeester “moet zich terugplooien op zijn kerntaken: de overheden bijstaan in hun architecturale keuzes en de inrichting van de publieke ruimte”. Deze zinssnede vertelt impliciet dat architectuur niets te maken heeft met ruimtelijke ordening, mobiliteit, klimaatbeheersing ... en dat de Bouwmeester daar ook niets mee te maken heeft. Weg de integrale kijk. Ik wil daarom de naam nooit kennen van de volgende Bouwmeester, als die er al komt.
Drie. De betonstop sterft een stille dood na een comateus leven. Het regeerakkoord bevestigt de ambitie om vanaf 2040 geen extra open ruimte meer aan te snijden maar wil wel aan de notie ‘ruimtebeslag’ morrelen. Dat 33% van onze oppervlakte gebruikt wordt is immers overdreven omdat hierin ook tuinen, parken en voetbalvelden verrekend worden. Neen, slechts 14% is verhard, dus de Vlaamse bodem kan nog tegen een stoot. Pascal De Decker (KULeuven) merkt hierbij terecht op: “De ruimtelijke wanorde blijft ook met aangepaste cijfers wat ze is.” Kortom, het anders meten wordt de oplossing, en niet het budgetteren van compensaties voor grondrechten, het beschermen van te vergunnen bossen, laat staan het handhaven van een bouwverbod op slecht gelegen gronden. Enzovoort.
In de beginjaren van de Vlaamse regering, die van Gaston Geens, weerklonk alom de mantra “wat we zelf doen, doen we beter”. Vandaag moet een variante gezocht worden. De eerste helft ligt al vast: “wat we zelf niét doen …”.