Steen & Been. Gewoon (Filip Canfyn)

Onze huiscolumnist Filip Canfyn heeft het voor nieuwe woorden, die tijdelijk een gedragspatroon of een maatschappelijk feit benoemen. Corona-neologismen als wraakwinkelen, knaldrang, flappenfeest, … deden hem glim- of grimlachen. Ook de wooncrisis in Nederland levert een aantal verse termen met een hoog jeu-de-mot-gehalte op.

Het gaat niet goed met wonen in Nederland: veel te weinig en veel te duur. Never waste a good crisis, dus worden volop cynische neologismen bedacht, bijna om de pil te vergulden.

Jubelton. Ouders of hun ouders mogen belastingvrij 100.000 euro schenken  aan (klein)zoon- of (klein)dochterlief om een eigen woning te kunnen kopen of verbouwen. Het wordt natuurlijk een cadeau met een nefast effect: alleen starters met vermogende ouders komen nog aan de bak en de woningprijzen stijgen met dezelfde ton. Daarom verdwijnt deze schijnoplossing (pas) in 2024. Rijkelijk laat. Letterlijk.

Woonschaamte. Dat is wat mensen voelen en zeker moeten voelen als ze ‘beter’ wonen dan de rest, dus te ruim, met een eigen tuin of in een erg in waarde gestegen pand. Vooral senioren moeten het ontgelden en worden dan afgebrand als verhuisweigeraars (ook al een neologisme).

Opeethypotheek. Ook wel verzilverhypotheek. Wegens blijvende fiscale incentives lenen onze noorderburen zo lang mogelijk. Intussen stijgt de waarde van hun woning in vergelijking met de lopende hypotheek. Gepensioneerden beuren dan bij de bank die overwaarde, die als onderpand dient en dus geen aflossing noodzaakt. Met alleen rente te betalen kan zo het bestedingsbudget voor de oude dag flink omhoog getrokken worden. Cava!

Onderwaterhypotheek. Het tegendeel van het vorige verhaal. Een woningprijs kan ook al eens dalen. Het huis komt onder water, zeggen ze dan (zoals aan de Vesder). Dat betekent dat de onderpandwaarde zakt en dat de bank een bijkomende garantie kan eisen om de lopende lening af te zekeren. Zoniet wordt de woning verkocht. Onverbiddelijk.

(Ge)woonwoorden…

Deel dit artikel:
Onze partners