Op de vooravond van de vakantie wil onze huiscolumnist zijn allerlaatste topics van het vierde seizoen in het frietvet leggen. Na het eerste bordje kibbelingen van vorige week nu een tweede portie, opnieuw krokant en afgekruid.
6.
In Japan rijden de treinen zo stipt dat de spoorwegmaatschappij meende zich publiekelijk te moeten verontschuldigen nadat een trein te vroeg was vertrokken. Het verschil bedroeg welgeteld 25 seconden. Dit bericht haalde de Japanse kranten niét omdat slechts het omgekeerde nieuws zou zijn. Bij ons sluiten alleen de treindeuren 30 seconden vroeger.
7.
Airbnb verhuurt in Brugge volgens eigen zeggen ruim 2.700 units. Pientere kerels merken dat nog geen vierde van die adressen op Brugs grondgebied ligt. De bijna 2.000 niet-Bruggelingen worden gevonden in Oostende, Gent, Zeeland en Rijsel. De strikte Brugse reglementering zorgt ervoor dat de wereldberoemde toeristenstad maar 5 Airbnbspots per km² telt (Amsterdam komt aan 86/km² en Barcelona zelfs aan 176/km²). Airbnb noemt daarom alles wat in een straal van 50 km ligt ‘Brugge’ noemt. In Monaco slapen met Airbnb krijgt opeens een heel andere betekenis.
8.
Een fenomeen van ontschaving (het tegendeel van beschaving) is het bijna totaal verdwijnen van het klassieke stationsbuffet, de van oudsher lavende oase in de woestijn van de spoorloze onstiptheid (het tegendeel van klantgerichtheid). Gedegen meubilair, ferme toog, tikkeltje onvriendelijkheid, saaie kaart, vage tabaksgeur maar een monument van letterlijke ontspanning, gelardeerd met wereldse reisgeluiden. Hier werd die nostalgie systematisch vervangen door de nonsens van Panos, Einstein, Alto en andere varianten op hetzelfde kartonnen thema. Het mooiste buffet van Vlaanderen, in Gent, werd zelfs een Starbucks annex apotheek, een flagrant voorbeeld van koppelverkoop. En in mijn eigen slaapstad wordt uitgerekend nù het buffet afgebroken, al zal dit etablissement niet gemist worden voor sfeer en gezelligheid. Het deed me daarom deugd onlangs in Diest, een ietwat vergeten stadje, een nieuw buffet te treffen, met vriendelijke bediening, boeiend aanbod, prettig terras, knusse inrichting en een warme mix van pendelaars, gepensioneerden, scholieren en ikweetnietwatters. Allen daarheen en laat de renaissance beginnen.
9.
Tijdens de ravissante Canvasreeks ‘Life sized cities’ noteer ik twee uitspraken over de spanning tussen conservatieve stadsbesturen en frisse stadsplannen. (Ze vallen in de aflevering over Toronto maar klinken universeel.) De eerste komt van een buurtwerker. “Vertel een bestuur nooit dat je een project gaat doen. Noem het van begin af aan een pilootproject. Dan durft een bestuur toch voor dat project te gaan omdat een pilootproject altijd kan teruggefloten worden. Intussen staat deze stad vol met pilootprojecten, die goed werken en nog een eeuwigheid zullen blijven.” Het tweede citaat komt van het hoofd van stadsplanning. “Vertel een bestuur nooit dat je een nieuw idee gaat toepassen. Vertel altijd dat je een idee gaat toepassen, dat je ergens anders gezien hebt. Dan durft een bestuur toch voor dat idee te gaan omdat wat ergens anders werkt hier ook wel zal werken. Intussen staat deze stad vol met ideeën, die alleen maar van ver lijken op andere ideeën.”