Onze huiscolumnist Filip Canfyn trekt op een zondag naar Verbeke Foundation in Kemzeke voor de tentoonstelling ‘Luchtwachttorens’ van kunstenaar Herman van den Boom, van wie onlangs fotoreeksen op architectura.be werden getoond. Het bezoek zorgt voor een dubbele verrassing: een plus en een min.
Op zondagmorgen, na pistolets en koffie, vertrekken voor een uur auto om even na de middag hedendaagse kunst te degusteren, dat moet de coronasleur wat breken, denken mijn geliefde en ik, en we maken ons dan ook opgewekt klaar voor de artistieke ademruimte van Verbeke Foundation. We komen binnen, door een smalle container, en aan de ticketdame vragen we nog waarom we geen tijdslot moesten reserveren, zoals bij elk museaal bezoek. “12 hectare buiten en 20.000 m² binnen, dan is er toch altijd plaats genoeg?” luidt het laconieke antwoord.
We beleven een zalig uur. Panamarenko ontvangt hartelijk, de tijdelijke tentoonstellingen van Albert Szukalski en Herman van den Boom intrigeren en de promenade langs beelden en installaties doet de kille wind vergeten. Wat een verrassend coronaproof feest! Hier moeten we terugkomen met de kleinkinderen … We proeven nog even van de binnencollectie want we willen als voorzichtige zielen tijdig vertrekken, voor het wat drukker kan worden.
Dik tegen onze zin wacht ons de tweede verrassing. De trechter van de in- en uitcontainer staat bomvol wachtende mensen, vooral gezinnen met kroost. Zo veilig mogelijk murwen we ons door het ongeduld. Buiten staat bovendien een file van wel honderd meter lang. Vlaanderen heeft zijn gebraden kip met toetje op en besluit om allemaal samen rond half drie hier op te duiken, voor dat vreemde amalgaam van gekke kunst, gekend van het telegenieke ‘Stukken van mensen’. Wij maken dat we wegkomen.
Mijn gelukzaligheid verdwijnt op slag en maakt plaats voor een dubbel gevoel. Blijdschap om zoveel gulle interesse voor een huishoudelijke activiteit, die zich niet afspeelt in de winkelstraat of in de Lekdreef, maar ook schrik dat deze collectieve drang van Verbeke Foundation een pretpark zal maken wegens geen alternatief. Ik vecht vooral tegen kwaadheid: waarom wordt hier niet gewerkt met reservaties, zoals bij elke zichzelf respecterende tentoonstelling? Bij een aanhoudende eigengereidheid mag Verbeke Foundation van mij dicht blijven, zoals de échte pretparken.