"Wat heeft architectuur met wijn te maken? Vele architecten lusten wel eens een glaasje maar een prettig en ook een beetje treurig verhaal in De Standaard mag het louter alcoholisch perspectief hier toch wat verruimen", aldus Filip Canfyn in zijn nieuwste pennenvrucht.
Een man van 58 verneemt 18 jaar geleden dat hij ALS (de ziekte van Stephen Hawking) heeft. twee jaar later moet hij al stoppen met werken maar op zijn 46ste begint hij aan de Leuvense universiteit met vrucht te studeren voor twee mastertitels. Hij mag zich sinds kort doctor in de bio-engineering noemen, na een succesvolle thesisverdediging over het objectief meten van de kwaliteit van wijn. Een moedige en smaakvolle man dus, die ondanks zijn rolstoel voor vrouw, kinderen en wetenschap zorgt.
Ik citeer hieronder wat zinnen uit een interview met de promovendus. Spreken we af dat we tijdens het lezen stiekem en stilletjes het woord ‘wijn’ steeds door ‘architectuur’ vervangen?
“Gidsen, magazines en wedstrijden verschillen vaak van mening als ze de kwaliteit van wijn beschrijven. Dat komt omdat er al geen consensus bestaat over hoe en op basis van welke eigenschappen die beoordeling tot stand moet komen. De liefhebber van wijn neemt kleur, helderheid, aroma, smaak, mondgevoel en textuur niet apart van elkaar waar. Wijn wordt als een geheel ervaren en ook externe factoren spelen een rol, zoals het tijdstip en de omgeving, de naam op de fles en de prijs. Mensen verwachten intuïtief een betere kwaliteit van een duurdere wijn maar dat is geen valabele leidraad. Prijs en kwaliteit correleren soms maar de prijs van wijn wordt eerder bepaald door de relatie tussen vraag en aanbod.”
Objectief gezien heb ik mijn punt gemaakt, denk ik. Ik hoef deze column dus niet af te sluiten met flauwe woordspelingen rond het schenken van klare wijn, het water in de wijn of de krans van goede wijn.