In heel België wachten tientallen leegstaande kloostergebouwen op afbraak of een tweede leven. In Bree voegden Triamant, B2Ai en MBG de daad bij het woord door domein Gerkenberg om te toveren tot een woon- en leefomgeving met 148 wooneenheden en tal van gemeenschappelijke voorzieningen. Nu fase 1 volledig is afgerond, zitten de werkzaamheden in de laatste rechte lijn. Hoog tijd om dit vooruitstrevende project grondig onder de loep te nemen!
Een historische site herbestemmen: het is vaak een werk van lange adem. Ook de stad Bree kan ervan meespreken. In 2001 kocht ze het karmelietenklooster op de Gerkenbergsite om er een welzijnscampus van te maken. Dat mislukte, net als de plannen om er een sterrenrestaurant en luxeappartementen in onder te brengen. Pas in 2016, toen woonzorginnovator Triamant het domein overkocht, kwam er schot in de zaak. Vijf jaar na datum opende de buurtvernieuwer er zijn vijfde woon- en leefbuurt. De achterliggende filosofie is dezelfde als in de Triamant-buurten in Velm (Sint-Truiden), Geluwe, Sint-Maria-Oudenhove (Zottegem) en Ronse. Jo Robrechts, CEO van Triamant: “Wij creëren op dit voormalige kloosterdomein een open woon- en leefomgeving voor een mix van generaties, kerngezond of hulpbehoevend. Lokale verenigingen, ondernemers en omwonenden zijn er net zo welkom als de bewoners zelf. Zij vormen straks mee een bruisende community, die autonoom leven, vitaal blijven en ‘omzien naar mekaar’ koestert. Met allerhande diensten en voorzieningen in de onmiddellijke nabijheid kiezen bewoners zelf hoe ze Triamant Bree beleven. Het doel? Zo lang en zo gezond mogelijk gelukkig leven.”
Nieuwbouw en renovatie
De verrijzenis van het majestueuze kloostercomplex had heel wat voeten in de aarde. Er kwamen zowel nieuwbouw- als renovatiewerken aan te pas om het vervallen geheel om te vormen tot een bruisende buurt met 148 woongelegenheden. “Enerzijds was er de renovatie van het kloostergebouw en de reconversie van de ontwijde kerk, anderzijds de realisatie van vijf nieuwe woongebouwen”, vertelt Herman Feys, projectleider bij hoofdaannemer MBG. “In het gerenoveerde klooster zijn 39 flats ingericht. Ook vier van de vijf nieuwe woongebouwenzijn volledig klaar. Samen herbergen ze 63 flats met een wintertuin of balkon en twee groepswoningen met zestien slaap-/leefkamers, een gemeenschappelijke living en keuken. Fase 2, die nog aan de gang is, omvat de bouw van een laatste nieuwbouw met dertig flats en de herinrichting van de kerk, die onder meer plaats zal bieden aan een multi-inzetbare lobby, een brasserie en ontmoetingsruimtes. De nieuwbouwvolumes functioneren volledig autonoom, maar zijn wel met elkaar verbonden. Het aantal bouwlagen varieert van twee tot vijf, waardoor ze een eigen identiteit hebben – ondanks hun gelijkaardige afwerking in traditioneel metselwerk, waarvan de kleur aansluit bij de gevels van het bestaande klooster.”
“Verloederd erfgoed in ere herstellen en een vernieuwende woonvorm tot leven wekken: daar dragen we graag ons steentje aan bij”
Arbeidsintensieve metamorfose
Bouwkundig gezien bracht de realisatie van de nieuwbouwvolumes niet al te veel bijzondere uitdagingen met zich mee, in tegenstelling tot het luik renovatie. Vooral de herbestemming van het klooster was zeer arbeidsintensief, zegt Herman Feys: “Aangezien het gebouw in erbarmelijke staat was, moesten we het volledig strippen. Enkel de gevel is bewaard gebleven. Structureel gezien zijn we opnieuw van nul begonnen. De houten roostervloeren van weleer hebben plaatsgemaakt voor brandveilige betonvloeren. Op enkele dikke steunmuren na hebben we alle binnenwanden vervangen. Ook het dak, het schrijnwerk en de technieken zijn volledig vernieuwd. En we hebben het gebouw van binnenuit geïsoleerd, volledig conform de hedendaagse energienormen. Zo ontstonden er vier volwaardige bouwlagen, die zijn ingevuld met fonkelnieuwe flats. Kortom: het klooster onderging een complete metamorfose, al is dat met veel respect voor het verleden gebeurd. Zo zijn de karakteristieke gaanderijen rond de binnenkoer smaakvol geïntegreerd in het geheel.”
Kerk als kloppend hart
Ook in de neogotische kerk, die wordt omgetoverd tot de blikvanger én het kloppend hart van de site, is het verleden nog steeds tastbaar. “De structuur en het uitzicht van de kerk zijn grotendeels intact gebleven, al is het interieur natuurlijk wel grondig gezandstraald en gereinigd. De grootkeuken van de brasserie is opgebouwd met behulp van nieuwe wanden en bevloering”, legt Herman Feys uit. “In de kerk ging het tot nog toe erg vlot, maar het klooster was een ander paar mouwen. Eén vleugel was zodanig uitgewoond dat we niet anders konden dan hem te slopen. Het was een aanzienlijke uitdaging om het gebouw integraal te vernieuwen en alles op punt te stellen met het oog op de brandveiligheids- en isolatienormen, zeker omdat de authentieke uitstraling niet verloren mocht gaan. Ook de coronamaatregelen hebben het ons er niet makkelijker op gemaakt – sinds de afkondiging van de eerste ‘lockdown’ in maart vorig jaar hebben we nooit meer op volle capaciteit kunnen werken – maar gelukkig heeft de werf slechts twee weken stilgelegen en is het tijdsverlies al bij al beperkt gebleven. Het einde is in zicht! We zijn alvast zeer fier op deze realisatie, die allerminst ‘doordeweeks’ is. Verloederd erfgoed in ere herstellen en een vernieuwende woonvorm tot leven wekken, als een nieuw dorp-in-de-stad: daar dragen we graag ons steentje aan bij!”