TEEMA Architecten en Bureau Bouwtechniek breiden passiefschool GTI Londerzeel uit

TEEMA verwierf het project in 2007 via een beperkte offertevraag onder supervisie van de Vlaamse Bouwmeester, als proefproject ter voorbereiding van het toen nog niet bestaande DBFM-programma.

Duurzaam & beleving

De inzet van het project was groot van bij het begin: het ontwerp van een op alle fronten duurzaam gebouw met een bijzonder laag energieverbruik en een grote belevingskwaliteit. De projectdefinitie vroeg naar een vervanging van de uitgeleefde paviljoenen door een uitbreiding van de bestaande werkplaatsen met  werkplaatsklassen en labo's. Een eigen 'gezicht' voor het gebouw was daarbij een must.

Op de vragenlijst stonden ook een sporthal, een nieuwe eetzaal, een open leercentrum, de verplaatsing van het onthaal en de directielokalen, en een nieuwe fietsenberging. De nieuwe centrale ontmoetingsruimte wordt het hart van de school en kan dienen als polyvalente ruimte die – net als de sporthal en het open voorplein met basketbalring – ook op wijkniveau kan worden ingezet.

Eyecatcher

De façade van het gebouw is een opvallende verschijning. De deels hellende gevels, de opvallende bloempotrode kleur en het patroon van de baksteenstrips en het speelse ritme van ramen en daken geven de school een bijzonder gelaat. Het patroon van de baksteenstrips wordt bepaald door de hellende gevels. Daar waar twee patronen elkaar ontmoeten, wordt de overgang geaakt door een oranjerood geschilderd decoprofiel. De vierkante raamopeningen worden omrand door fijne aluminium kaders.

Het interieur van de school zet in op een maximale belevingskwaliteit binnen het kader van de financiële en technische normen. De centrale ontmoetingsruimte vormt het hart van het compacte passiefschoolgebouw. Het is de verbinding tussen de inkomhal, de sporthal, de administratieve lokalen, de bestaande schoolgebouwen en de werkplaatsklassen. De ruimte is volledig beglaasd met driedubbele beglazing aan de zijde van de speelplaats en ontvangt extra daglicht via de sheddaken op de verdieping, die het licht via de centrale vide naar beneden laten stromen.

De ruimte krijgt een bijzondere kwaliteit door de speelse en met hout beklede volumes: enerzijds de refterbalie, anderzijds het hoge blobvormige volume met sanitair op het gelijkvloers en het open leercentrum op de verdieping. Ook de lockerkasten in berkenfineer vormen een warm element in de betonnen wanden. Ook de raamprofielen zijn binnen overal in wit geolied hout.

De houten bekleding vormt samen met de plafondbaffles een akoestisch element in de ruimte zodat de strenge akoestische eisen uit de outputspecificaties van Scholen van Morgen worden behaald.

De werkplaatsklassen, die grenzen aan de ontmoetingsruimte, vormen zelf een grote open ruimte. Deze biedt plaats aan een met hout bekleed volume met daarin 8 instructielokalen, die via kamerbrede ramenuitkijken op de werkplaatsklas. Ook hier zijn er weer sheddaken en speelse vierkante ramen in de buitenwanden.

De sporthal kan je buiten de schooluren apart bereiken via de gang voor de blob, die kan worden afgescheiden van de centrale ruimte door witgelakte schuifhekken. De sporthal krijgt bijzonder scheerlicht langs de betonnen wanden langs de twee lichtstraten in het dak. De wanden zijn deels bekleed met een zelfde houten bekleding als de volumes in de ontmoetingsruimte en de werkplaatsklassen.

De vloer bestaat in alle ruimtes, met inbegrip van de sporthal, uit een groene PU-gietvloer. Alle ruimtes staan met binnenbeglazing in mindere of meerdere mate in contact met de centrale ruimte. Een brede open trap in de vide van de ontmoetingsruimte leidt naar de verdieping met het open leercentrum, de klaslokalen en de leerkrachtenlokalen. Het leerkrachtenlokaal biedt uitzicht op de speelplaats via grote vierkante ramen.

Een bijzonder lokaal met grote ramen is het lokaal technieken dat in vier ruimtes kan worden opgedeeld met mobiele schuifwanden. De betonnen plafonds en wanden werden overal grotendeels in het zicht gelaten voor een optimale thermische inertie. Ook de kanalen voor ventilatie en elektrische leidingen werden volgens die filosofie in het zicht gelaten.

Enkele technische aspecten

Constructie

• De constructie van de sheddaken van het centrale volume en de werkplaatsklassen bestaat uit een staalskelet met breedplaatvloeren en premuren.
• De sporthal bestaat uit hoge premuren die in situ zijn volgestort met beton. De dakconstructie bestaat uit geprefabriceerde betonnen T-liggers.
• De invulwanden zijn deels opgebouwd uit in het zicht blijvende premuren en deels uit snelbouwsteen.

Gevelopbouw

• De betonnen premuren zijn bekleed met zo'n 30 cm EPS-isolatie, de nodige grondlagen en oranjerode baksteenstrips.
• Door de keuze voor baksteenstrips, die als strip worden gebakken in een sterke kleisoort, wordt het materiaalgebruik beperkt.
• Het patroon van de baksteenstrips is bewust gekozen om niet de indruk te wekken van een traditioneel gemetselde wand. Met deze opbouw zijn alle patronen immer mogelijk.
• De ruimte tussen twee patroonrichtingen loodrecht op de hellende gevels  is opgevuld met een decoprofielplaat die oranjerood is geschilderd en zo aansluit bij de kleur van de baksteenstrips.
• Het buitenschrijnwerk bestaat uit hout-aluminiumprofielen.

Binnenafwerking

• De afwerking van de binnenwanden bestaat in de publieke ruimtes uit in het zicht gelaten premuren en uit houten voorzetwanden, met akoestische eigenschappen. De binnenkant van de kleinere lokalen is meestal afgewerkt met bepleistering.
• De kasten wanden en lockerwanden zijn afgewerkt met berkenfineer.
• De vloerafwerking van alle lokalen, inclusief de sporthal, is een PU-gietvloer.