Vier architecten eren hun inspiratiebronnen

In ‘Eren & Citeren’ zet Canfyn een twintigtal belangrijke Belgische architecten in de bloemetjes, die niet alleen een mooi oeuvre nagelaten hebben, maar die ook iets te zeggen hadden (of nog steeds hebben). Het leek ons dan ook niet meer dan gepast om tijdens de officiële voorstelling van het boek eerder dit jaar op Architect@Work te peilen naar de inspiratiebronnen van enkele collega-architecten, met name Bart Cobaert (DENC!-STUDIO), Niklaas Deboutte (META architectuurbureau), Luc Vanhout (Architects in Motion) en Kaatje Spapen (DMOA).

Bart Cobbaert verwijst graag naar Jo Crepain als zijn inspiratiebron: Hij is veel te vroeg gegaan. Vijf jaar na zijn overlijden werden de Jo Crepain Awards in het leven geroepen. Het benadrukt de stempel die hij op de sector heeft gedrukt. Hij was iemand die jonge mensen een kans gaf. Hij was ook welbespraakt en nam geen blad voor de mond, wat hem soms minder graag gezien maakte bij de grote voorschrijvers.”

Voor Niklaas Deboutte springt Léon Stynen erbovenuit: “Voor mij is Stynen het perfecte voorbeeld van een goede balans tussen pragmatisch bouwen en echt goede architectuur. En dat is heel uitzonderlijk.” Luc Vanhout stipte eveneens Léon Stynen aan, maar ook Renaat Braem liet een grote indruk achter. “Beiden waren actief in het Antwerpse, maar op een verschillende manier. De communist en socialist in Braem focuste op concepten van maatschappelijk belang zoals sociale huisvesting. Stynen daarentegen had een ander soort cliënten. Casino’s, hotels… welvarende kapitalistische opdrachtgevers. Twee verschillende paden, maar toch allebei ook vandaag nog heel relevant.”

Kaatje Spapen greep de gelegenheid aan om een lans te breken voor vrouwen in de architectuur. “Voor mij is Marie-José Van Hee fantastisch en ik vind het jammer dat ze in het boek enkel ergens tussen haakjes vermeld staat, achter Robbrecht Daem”, klonk het. “Zij is al een voorbeeld en inspiratie sinds mijn vroegste studiejaren. Velen kijken naar haar op. Marie-José Van Hee is ook een zelfverklaarde feministe, waarmee ik niet wil zeggen dat ik dat ook ben. Ze is zo goed omdat ze zo hard met haar ambacht bezig is. Ikzelf liep stage bij iemand die stage liep bij haar en ik denk nog vaak aan de verhalen die ik daar te horen kreeg. Hoe ze teruggetrokken op een zolderkamertje houtskoolschetsen maakte. Ze bracht structuur en ritme in de chaos en dat zie je duidelijk in haar werk. Het is tegelijkertijd poëtisch en tactiel.”

Wil je weten of jouw favoriete Belgische architect is opgenomen in 'Eren & Citeren'? Bestel dan snel een boek via info@architectura.be of neem deel aan de wedstrijd

Deel dit artikel:
Onze partners