Bouwwerven zijn bij uitstek plaatsen in ontwikkeling. Dagelijks bouwen aannemers er stap voor stap aan een nieuwe omgeving. De tentoonstelling Unfolding the Archives #4 Bouwbedrijven, een initiatief van het Vlaams Architectuurinstituut, werpt een unieke blik achter de werfschutting en het aannemersberoep. Ontdek vanaf 5 oktober in de stadsbibliotheek van Oostende verborgen schatten uit opvallende archieven van diverse bouwbedrijven. De tentoonstelling kadert in het thema ‘In transit’ van het Festival van de Architectuur.
Unfolding the Archives #4 Bouwbedrijven laat je kennismaken met het aannemersberoep en hoe het vanaf het einde van de 19e eeuw veranderde. Werffoto’s, reclamefolders en brieven geven je een beeld van het bouwbedrijf, de opkomst van machines en de organisatie van een werf.
Bijzondere aandacht gaat naar nooit eerder getoonde foto’s van het aannemersbedrijf Van Coillie. Ze bieden een unieke kijk op enkele bekende bouwprojecten in Oostende.
Specialisatie van het aannemersbedrijf
De jaren 1870 vormen een scharnierpunt in de organisatie van het bouwproces. Een opdrachtgever kan vanaf dan immers de verantwoordelijkheid van het volledige bouwproject toevertrouwen aan één algemene aannemer. Die coördineert het bouwproces en kan voor de uitvoering samenwerken met onderaannemers.
Met de wettelijke erkenning van het beroep van architect in 1939 komt er officieel een einde aan de vermenging tussen ontwerp en uitvoering bij aannemers. Er komen stilaan meer gespecialiseerde aannemersbedrijven.
Mechanisatie van de bouwsector
De specialisatie van de bouwbedrijven verloopt parallel met de mechanisatie van de bouwsector. Rond de eeuwwisseling is slechts een klein deel van de Belgische bouwsector gemechaniseerd. Het merendeel blijft op ambachtelijke manier bouwen en maakt gebruik van mankracht. Grote machines worden enkel ingezet bij infrastructuurwerken en industriële bouwprojecten. Pas later worden machines ook geïntroduceerd op de bouwwerf zelf.
Voor een snellere uitvoering van een bouwproject is het gebruik van gemechaniseerd materiaal echter heel belangrijk. In de loop van de 20e eeuw worden graaf-, laad- en transportmachines daarom niet meer enkel bij grote bouwprojecten gebruikt. Aannemersbedrijven moeten kiezen in welke machines ze investeren en voor welke bouwactiviteiten ze gebruikt kunnen worden. Dit zorgt opnieuw voor verdere specialisatie.
Veiligheid en organisatie van de werf
Werken met machines gaat gepaard met een toenemende aandacht voor werforganisatie en veiligheid op de werf. Goede verlichting van de werf vormt een belangrijk aandachtspunt. Ook in de duisternis moeten bouwvakkers veilig met het materiaal kunnen werken.
Bouwwerven worden rationeler ingedeeld en georganiseerd. Bouwbedrijven schenken meer aandacht aan stellingopbouw en stilaan is het dragen van een veiligheidshelm de norm. Beroepsorganisaties spelen hierin een sensibiliserende rol.
Algemene aanneming V. R. & J. Van Coillie
In 2017 schonk Paul Van Coillie, telg van het Oostendse bouwbedrijf Algemene aanneming V. R. & J. Van Coillie, enkele albums vol werffoto’s aan het Vlaams Architectuurinstituut. De foto’s bieden een unieke kijk achter de werfafsluiting van enkele markante Oostendse projecten in de jaren 1950-1970.
Bouwarchief onder de loep
Voor deze tentoonstelling dook curator Jelena Dobbels in de archieven van bouwbedrijven. In het verleden bleven deze archieven in de schaduw voor onderzoekers en bewaarinstellingen. Er ging meer aandacht naar archieven van architecten waarbij de nadruk ligt op het ontwerp. Stilaan komt er meer aandacht voor deze archieven vanuit bouwhistorische hoek en wordt hun belang als bron voor het documenteren en restaureren van ons patrimonium naar waarde geschat.
In de reeks Unfolding the Archives toont het Vlaams Architectuurinstituut topstukken, verborgen schatten en merkwaardige ontdekkingen uit zijn collectie. Ze verrijkt hedendaagse thema’s in de architectuur met een historische dimensie, toont nieuwe aanwinsten voor het eerst aan de bezoeker, of belicht markante figuren of momenten uit de architectuurgeschiedenis.