Wat jarenlange discussies, studies en beleidswerk niet hebben kunnen veranderen, wist het coronavirus in een paar weken te klaren. We lieten met zijn allen de auto wat vaker aan de kant staan en herontdekten de voordelen van wandelen en fietsen. 'Maar hebben we nu echt een Oekraïne-oorlog nodig om de energietransitie te versnellen?', vraagt Bart Cobbaert, oprichter van DENC-STUDIO, zich af.
Ik zag het levenslicht in de jaren ’70 van vorige eeuw: een decennium gekenmerkt door twee grote oliecrisissen en spanningen in het Midden-Oosten. De olieprijzen schoten de lucht in en er volgden moeilijke economische tijden. Mijn opa relativeerde wel met straffe oorlogsverhalen, maar als ik mijn bord niet leeg at, verwees mijn vader steevast naar 'de arme kindjes in Biafra'. De jongere lezers verwijs ik hier even door naar dokter Google.
Enkele zogenaamde early adopters zagen in de crisisperiode opportuniteiten. De ontwikkeling en toepassing van isolatiematerialen en dubbele beglazing kenden een opmars. De overheid talmde en het zou nog tot in 1991 duren vooraleer in Vlaanderen de eerste isolatiewetgeving werd ingevoerd. Ondanks de zeer gematigde eisen bleef de toepassing, mede door het uitblijven van een handhavingsbeleid, achterophinken.
'In de zoektocht naar energie-onafhankelijkheid, moeten we koste wat kost onze behoefte reduceren. We leven op veel te grote voet. Waarom bouwen we hier met graniet uit China of leisteen uit Brazilië? Waarom halen we 10% van ons zachthout uit Rusland en Wit-Rusland?'
Enkele jaren later ondersteunde mijn vader, zelf bouwkundig ingenieur, mijn keuze om architectuur te gaan studeren. Hij volgde met belangstelling de mij toebedeelde opdrachten en schotelde me geregeld wat extra leesvoer voor. Ik herinner mij nog levendig het didactisch instrument voor het secundair technisch- en beroepsonderwijs 'Het thermisch isoleren van spouwmuren', uitgebracht door het Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid.
Ik neem het naslagwerk terug ter hand en citeer uit de geïllustreerde steekkaarten: 'isoleren = de wanverhoudingen op wereldschaal afzwakken, besparen op de wereldenergievoorraden, de luchtverontreiniging verminderen,…'.
Zo’n grootteorde, 30 jaar later blijft de publicatie actueel. Ja, in oorlogstijden wordt nu eenmaal aan de energiebevoorradingskraantjes gedraaid. Wanneer de inflatie dan hoge toppen scheert, schakelen heel wat burgers van nature en/of noodgedwongen over op overlevingsmodus. De klimaatproblematiek wordt dan een ver-van-mijn-bedshow.
Gezien klimaatverandering op haar beurt zorgt voor meer natuurrampen, vluchtelingenstromen en conflicten over basishulpbronnen (zoals voedsel en water), is de vicieuze cirkel rond. 'Peace is the only option to repair our broken world', dixit Antonio Guterres. In 1994 introduceerde John Elkington de Triple Bottom Line: People-Planet-Profit. De wereldtop in Johannesburg in 2002 verving Profit door Prosperity. De in 2015 door de Verenigde Naties gelanceerde Agenda 2030, erkent nu ook Peace en Partnership als noodzakelijke schakels in de ketting.
Vandaag gaat het debat omtrent de energietransitie over extra kern- versus gascentrales; cholera of pest. Al wordt misschien een oplossing gevonden voor het radioactief afval en stoot kernenergie geen CO2 uit, toch blijven de centrales een gevaar in handen van de Poetins van deze wereld.
In de zoektocht naar energie-onafhankelijkheid, moeten we koste wat kost onze behoefte reduceren. We leven op veel te grote voet. Waarom bouwen we hier met graniet uit China of leisteen uit Brazilië? Waarom halen we 10% van ons zachthout uit Rusland en Wit-Rusland?
Ondanks haar artrose pelde mijn oma ze thuis. Vandaag de dag reizen de grijze Noordzeegarnalen duizenden kilometers voor ze op ons bord komen. Meer dan 80% wordt immers in het buitenland van hun jasje ontdaan. In Frankrijk is het niet ongewoon om de garnalen op te eten mét pantser, weliswaar ontdaan van de kop.