Architect, er is geen weg, de weg ontstaat in het gaan. Al ontwerpend ontstaat de weg, en als je omkijkt zie je het pad dat nooit meer betreden zal worden... Vrij naar het gedicht ‘Caminante’ van Antonio Machado. Het is een beroemd pelgrimsgedicht waarin de dichter stelt dat er niet zoiets bestaat als een vast vooraf bepaald pad dat men in het leven moet bewandelen om het doel te bereiken. De weg vorm je zelf tijdens het gaan. Zo gaat het volgens mij ook bij een participatieproces tijdens het ontwerpen van publieke gebouwen.
Zo divers bouwprojecten kunnen zijn, zo divers kan de weg naar de (niet-)realisatie ervan zijn. Hoe meer betrokken partijen er zijn, hoe uiteenlopender de inspraak. Hoe meer omwonenden, hoe groter de bezorgdheid over de impact op de omgeving. Hoe groter het publiek van (openbare) gebouwen, hoe meer meningen over het concept, het uitzicht en de uitstraling.
Hoewel het vanaf een bepaalde schaalgrootte soms onmogelijk lijkt om zelfs nog maar alle professionele spelers (architect, ingenieur, aannemers, experts, kwaliteitskamer, interieurarchitect…) te betrekken bij het ontwerpproces, en dit zo mogelijk nog onrealistischer wordt als men ook nog eens de niet-professionele spelers (gebruikers, autoriteiten, buurtbewoners…) wil laten participeren, werden vandaag de dag al voldoende leidraden en trajecten uitgewerkt om hiermee aan de slag te gaan.
Zo heeft men in Brussel in de ‘gids duurzame gebouwen’ dit thema uitvoerig beschreven onder de noemer ‘geïntegreerd ontwerpproces’:
“Het geïntegreerd ontwerpproces is er tijdens de ontwerpfase op gericht om de uitwisselingen te bevorderen tussen de verschillende professionele spelers van het project, om een synergie te creëren tussen hen en de doelstellingen van het project te optimaliseren (milieu, planning, budgetten, globale kosten...), en om meer oog te hebben voor deze doelstellingen tijdens de uitvoeringsfase (anticipatie op struikelblokken, betere inachtneming van de planning, beperkingen van veranderingen...).”
Participatieve benadering
Dit kan voor de niet-professionele betrokkenen aangevuld worden met het luik ‘participatieve benadering’:
“De participatieve benadering bestaat erin om verschillende spelers die gewoonlijk niet zijn betrokken bij het project, te betrekken bij de ontwerpfase. Zo krijgen de ontwerpers een beter beeld van de context en de behoeften van het project, en kunnen ze er beter rekening mee houden. Deze benadering kan verschillende vormen aannemen, van gewoon informatie geven tot actief meewerken. Ze is een van de kwaliteitselementen van het project en het beheer ervan.”
Als architect kan je samen met de opdrachtgever beslissen in welke mate dit ingevoerd wordt of niet. Daarbij bestaat het einddoel erin om de doelstellingen van het project over te brengen in het eisenprogramma, en vervolgens in de bestekken. Ik denk dat iedereen onder ons wel inziet dat deze aanpak tot doel heeft de uiteindelijke kosten zo vroeg mogelijk in het ontwerpproces te kunnen inschatten en dus beheersen. Hoe later eventuele veranderingen ten gevolge van inspraak moeten geïmplementeerd worden, hoe hoger de kosten die verbonden zijn aan die veranderingen kunnen oplopen (zie onderstaande grafiek, bron leefmilieu Brussel).
Voor mij persoonlijk, vanuit mijn hoedanigheid als gemeenteraadslid in Lede, vragen openbare projecten een aparte aanpak. In elk openbaar bouwproject (of het nu gaat om het renoveren, toevoegen of slopen van een bestaand gebouw en het vervangen door nieuwbouw) is het volgens mij van vitaal belang om de belanghebbenden uit de gemeenschap te betrekken voor een succesvol resultaat: de eindgebruikers van de voorzieningen, de belastingbetalers en buurtbewoners. Elk van deze partijen zal op verschillende manieren door het project worden beïnvloed, maar ze kunnen allemaal waardevolle informatie en inzichten verschaffen om de beste locatie, programma, ontwerp of uitvoeringsstrategie te helpen bepalen. Andere betrokken deelnemers, zoals ontwikkelaars, bedrijven en lokale overheidsfunctionarissen, zijn ook waardevolle bronnen, met unieke standpunten. Het verzamelen van informatie uit de gemeenschap en het verwerven van brede steun voor het project vormt de basis voor een goed geïnformeerd en positief ontwerpproces. In alle bescheidenheid geef ik graag enkele tips en bedenkingen voor openbare besturen die willen bouwen.
Participatie van de gemeenschap in het ontwerpproces is een belangrijke strategie voor succesvolle (openbare) bouwprojecten. Het op een positieve manier betrekken van de leden van de gemeenschap resulteert niet alleen in een succesvol openbaar gebouw, het bouwt ook respect, vertrouwen en een gevoel van voldoening op bij alle betrokkenen bij het proces. Een vooraf uitgestippeld pad bestaat daarbij niet. De weg naar het resultaat wordt ‘al gaande’ gemaakt.
Architect, no hay camino.