Noem de geventileerde gevel gerust een efficiënt én duurzaam alternatief voor de gebruikelijke gevelbouwtechnieken. Het systeem laat zich makkelijk installeren en past perfect in het gedachtegoed van een circulaire bouwsector. Maar wat zijn de voordelen van zo’n geventileerde gevel, en hoe zit het systeem in elkaar?
Opbouw geventileerde gevel
De draagmuur vormt de noodzakelijke basis van een geventileerde gevel. De dragende constructie kan bestaan uit metselwerk, beton, CLT, maar ook uit hout- of zelfs staalskelet. De draagmuur moet bovendien wind- en waterdicht zijn, met bijzondere aandacht voor de raamaansluitingen. Een wijdverbreid misverstand dat regelmatig de kop opsteekt, stelt dat het gevelbekledingsmateriaal bij een geventileerde gevel zorgt voor de waterdichtheid van een gebouw, maar dat klopt niet.
Het tweede element van een geventileerde gevel is de isolatielaag die tegen de draagmuur zit. Het isolatietype moet geschikt zijn voor een open gevelstructuur, de meeste isolatiefabrikanten bieden een specifiek product aan dat geschikt is voor gevelconstructies met open voegen. Het al dan niet noodzakelijk zijn van een extra regenscherm hangt af van het type isolatie.Volg hierover het advies van de isolatiefabrikant.
De luchtspouw maakt dat men spreekt over een geventileerde gevel. Doorgaans hanteer je een luchtspouw van minimaal 2 cm, voor hogere gebouwen kan dat oplopen tot 3 cm. In deze luchtkamer bevindt zich ook de draagstructuur.
Tot slot fungeert het bekledingsmateriaal als afwerkingslaag. De EQUITONE-panelen worden altijd op een draagstructuur gemonteerd die bestaat uit houten latten of aluminium profielen.
Voordelen van een geventileerde gevel
Een geventileerde gevel kent tal van voordelen. Zo is het een lichtgewicht constructie, wat de plaatsing vergemakkelijkt en versnelt. Het systeem onderging bovendien brandtesten waaruit bleek dat een geventileerde gevel met EQUITONE-panelen In combinatie met bepaalde isolatiematerialen een brandveilige constructie is.
Het ventilatieaspect zorgt voor de natuurlijke evacuatie van condensatievocht via de open voegen en geeft op die manier inwendige condensatie geen kans. De luchtbarrière tussen de isolatielaag en het gevelmateriaal creëert daarenboven een koelend effect in de zomer, wat het binnenklimaat ten goede komt. De draagmuur wordt immers minder blootgesteld aan vocht- en temperatuurschommelingen. Daarnaast blinken de EQUITONE-panelen uit in dimensionele stabiliteit, wat wil zeggen dat ze minder uitzetten onder invloed van temperatuur en vochtigheid dan vergelijkbare plaattypes op de markt.
Een geventileerde gevel mag je zelfs een circulair product noemen. Een EQUITONE-paneel kan in principe gedemonteerd worden om vervolgens terug te monteren bij een ander project.
Draagstructuur: hout of aluminium
Qua materiaal heb je voor de draagstructuur de keuze: houten latten of aluminium profielen. Elk materiaal heeft zijn voordelen.
Een draagstructuur uit houten latten laat zich eenvoudiger installeren. Houd wel rekening met een voldoende grote sectie van de houten latten. Zo moet je een bepaalde minimale afstand van de schroefgaten ten opzichte van de plaatranden respecteren, waardoor een minimale breedte van 115 mm voor de houten latten aangewezen is. We gaan dan uit van een open voeg tussen de panelen van 1 cm.
Voor de houtkeuze schrijven we een hout voor met een maximale vochtigheidsgraad van 20% en een sterkteklasse C18 volgens de EN 338-norm, die duidt op een minimale karakteristieke buigspanning van 18 Newton per vierkante millimeter.
De verticale houten latten en tussenlatten moet je over de volledige hoogte beschermen tegen vochtindringing met een uv-bestendige EPDM-strook. Bij voorkeur gebruik je een strook met ribben zodat je de capillaire werking tussen plaat en hout voorkomt en een goede uitregeling van de gevelplaten mogelijk is. Een vlakke EPDM-strook die aan weerszijden van de houten lat minstens 5mm uitsteekt, is ook mogelijk.
Gaat je voorkeur uit naar een aluminium draagconstructie? Dan zijn er meer factoren waar je rekening mee moet houden. Nog meer dan andere materialen krimpt aluminium of zet het uit onder invloed van temperatuur. Daarom moet je vaste punten én glijpunten incalculeren, zowel voor de bevestiging van de profielen aan de draagconstructie als voor de verankering van de panelen aan de draagstructuur. Kortom: een aluminium draagstructuur vereist gespecialiseerde kennis van zaken.
De afstand tussen de houten latten of aluminium profielen is afhankelijk van de maximaal optredende windbelasting. Normaal gezien worden latten of profielen om de 60 cm geplaatst, afhankelijk van de wind kan dat om de 40 of 30 cm worden bij bijvoorbeeld randzones bij hoge gebouwen in kustgebieden. Laat dit steeds berekenen door een projectingenieur.
Nog een aandachtspunt voor de toekomst. Volgens de nieuwe brandregelgeving die in 2022 van kracht zou worden, dient een draagstructuur voor een geventileerde gevel een brandreactieklasse A1 volgens de EN13501-1-norm te hebben. Dat is niet mogelijk met een houten lattenstructuur, waardoor hoge gebouw in de toekomst enkel nog uitgevoerd kunnen worden met een aluminium draagstructuur.
Plaatsing van de gevelpanelen
Voor de bevestiging van de panelen zijn er twee gangbare mogelijkheden: zichtbare mechanische bevestiging met schroeven of rivetten, of een onzichtbare mechanische bevestiging. De zichtbare mechanische bevestiging gebeurt met speciale schroeven in RVS met een kop gecoat in dezelfde kleur als het paneel. In het geval van de onzichtbare mechanische bevestiging worden er horizontale aluminium draagprofielen gemonteerd op de verticale houten of aluminium draagstructuur. In de rugzijde van de EQUITONE-gevelpanelen worden met speciale bevestigingsmiddelen plaathaken verankerd zodat je de panelen aan de horizontale rails kan ophangen.