Wat is het verschil tussen een 3D-model en een BIM-model?

Op het einde van dit jaar lanceert Architectura.be zijn website BIMtonic die ontwerpers en ingenieurs zal inwijden in de BIM-principes. Op 16 februari 2017 staat het BIMtonic-evenement gepland waarop met onder meer de vorostelling van het BIMtonic-boek.  Als voorsmaakje hieronder alvast een stuk uit het boek waarin auteur Lennert Rasking het verschil uitlegt tussen een 3D-model en een BIM-model.

De overgang van het tekenen met de hand naar digitale bestanden en CAD-programma’s was voor veel architecten en ontwerpers al een belangrijke evolutie. Maar de overstap van 2D CAD-programma’s naar BIM is een nog veel grotere stap. Met CAD doet men nu immers hetzelfde op de computer als vroeger met de hand: losse lijntjes trekken en afzonderlijke plannen, aanzichten en snedes opmaken. Het grote voordeel was dat de CAD-digitalisering zorgde voor een sneller en accurater proces. Met BIM wordt echter een virtueel model gebouwd, een prototype van het bouwproject vooraleer dit op de werf gedaan wordt. De software zorgt zelf voor alle tekeningen, zowel 2D én 3D, en voor nog heel wat meer, zoals bijvoorbeeld de extractie van alle mogelijke bouwdata voor meetstaten en andere analyse-doeleinden. Bovendien grijpt BIM ook in op de organisatie zelf van het bouwproces.

 Vooraleer men gebruik kan maken van alle voordelen die BIM te bieden heeft, moet men vlot leren werken in een driedimensionale omgeving, hoewel er bij de meeste BIM-software ook nog veel in 2D gemanipuleerd wordt. Sommige pakketten laten zelfs werken in een hybride werkomgeving toe: tekenen in 2D en modelleren in 3D ; hierdoor wordt het leerproces aanzienlijk versneld. De grote meerwaarde - zeker bij complexe projecten - zit hem in de coördinatie en het overzicht dat men zo behoudt. Plannen, aanzichten en snedes, maar ook meettabellen, staalborderellen, enzovoort zijn simpelweg een andere voorstelling van het 3D BIM-model. Aanpassingen in die 2D-tekeningen of andere documenten wijzigen automatisch het volledige virtuele model. Er is dus quasi geen risico dat men doorsnedes of gevels verkrijgt die niet overeenstemmen met de plannen of de meetstaat.

 

Betere communicatie

Door van meet af aan in 3D te werken ligt de focus ook anders bij de traditionele ontwerpers. Technieken worden nu bijvoorbeeld behandeld als één installatie, terwijl er vroeger veel meer werd opgedeeld en plan per plan bekeken. Ook aannemers zijn zeer positief over deze methode. Zij ondervinden veel minder problemen tijdens de werf, omdat een groot deel ervan reeds voordien virtueel is opgelost in het model. Voor veel architecten en ingenieurs die reeds met BIM werken, blijft het 3D-aspect een van de grote voordelen om allerhande redenen: betere communicatie met de bouwheer of andere partijen, gedetailleerdere tekeningen en perspectieven, enzovoort.

 De volgende stap is om van een 3D-model over te schakelen naar een BIM-model, want dit is niet noodzakelijk hetzelfde. Ontwerpen en tekenen in 3D kan met verscheidene software en op verschillende manieren. Het specifieke aan BIM is dat er niet getekend wordt met losstaande lijntjes, vlakken en volumes, maar wel met intelligente objecten die informatie bevatten. Een kamer kan makkelijk in 3D getekend worden door vier rechtopstaande vlakken als muren met daarop een liggend vlak als plafond. In BIM gaat men echter die vlakken verfijnen en er informatie aan toekennen: materiaalkeuze, wandopbouw, aansluitingen, het aantal vierkante meter, plannings- en prijsgegevens, bouwfysische eigenschappen,… Alles kan eenvoudig toegevoegd en gecontroleerd worden. Bovendien hebben deze elementen ook relaties met elkaar: een raam staat in een wand, een plafond begrenst een ruimte, een tafel staat in een lokaal, een muur sluit aan tegen een dak, enzovoort. Het resultaat is niet zomaar een geheel van vlakken en lijnen, maar wel een zeer informatief model dat toelaat een hoop berekeningen en controles te automatiseren.

De eerste stap in een ontwerp is meestal een volumestudie met massa-elementen. Dit kan uiteraard ook gebeuren zonder BIM, maar BIM laat toe om eenvoudig oppervlakte, functies en relaties toe te voegen aan de massa’s. Daarna volgt een schematisch ontwerp met generieke 3D-gebouwelementen. Deze elementen gaat men dan doorheen het ontwerp verder verfijnen tot men een volledig uitgewerkt model bekomt met specifieke gebouwelementen.

 

Wil je meer weten over BIM? Volg dan zeker het BIM-dossier op Architectura.be en  schrijf je in voor de BIMtonic-groep op LinkedIn. Binnen enkele maanden kan je ook terecht op de website van BIMtonic

Deel dit artikel:
Onze partners