Zelfklevende bitumen dakbanen: aandachtspunten en best practices

Zelfklevende bitumen dakbanen bestaan al enkele tientallen jaren, maar het gebruik ervan is vooral het laatste decennium sterk toegenomen. “Zelfklevende bitumen dakbanen illustreren perfect welke evolutie de bitumen daksystemen hebben doorgemaakt”, klinkt het bij Bitubel, de vereniging van Belgische fabrikanten van bitumen dakbanen. Als je het potentieel ervan ten volle wil verzilveren, moet je echter wel enkele vuistregels in acht nemen. Bij zomerse temperaturen kleven deze dakbanen bijvoorbeeld het best, maar anderzijds mag het ook weer niet té warm zijn. In dit artikel zetten we de voornaamste aandachtspunten op een rijtje.

Bitumen daksystemen hebben een hele weg afgelegd. Eerst evolueerden de klassieke dakbanen tot hoogwaardige dichtingsmembranen dankzij de toevoeging van polymeren en het gebruik van polyesterdragers. Daarnaast ondergingen ook de bevestigingstechnieken de nodige veranderingen: van kleven met warm bitumen naar vlamlassen, koudlijmen en tot slot… zelfklevende bitumen dakbanen. Bitumen heeft van nature een goede kleefkracht, een bijzondere eigenschap die nog versterkt wordt via de toevoeging van polymeren. In combinatie met de zoektocht naar bitumen daksystemen die een snellere en makkelijkere plaatsing toelieten, de wil om het vrijkomen van solventen aan banden te leggen en de ambitie om het gebruik van de vlam te verminderen, leidde dat haast automatisch tot de ontwikkeling van zelfklevende varianten.  

 

Soorten en toepassingen

Zelfklevende bitumen dakbanen zijn in verschillende types en uitvoeringen verkrijgbaar. Allereerst kunnen we een onderscheid maken tussen de gewone zelfklevende bitumen dakbanen en de zogenaamde doorwarmrollen. De ‘gewone’ varianten verkrijgen hun volledige kleefkracht na het verwijderen van de wegtrekfolie en het aandrukken op de ondergrond, zonder bijkomende thermische activatie. De doorwarmrollen hebben daarentegen wél een bijkomende thermische activatie nodig – bijvoorbeeld door een volgende laag erbovenop te lassen. Bovendien bestaan er verschillende hechtingswijzen (volvlakkige verlijming en partiële verlijming via zelfklevende noppen of strepen) en verschillende manieren om de overlapverbindingen te verkleven. De overlapverbindingen kunnen zelfklevend zijn, thermisch gelast worden of uitgerust worden met een dubbele lasnaad die deels zelfklevend is en deels thermisch gelast wordt (om eventuele beschadiging van de isolatie te vermijden).

Doorwarmrollen zijn enkel te gebruiken als onderlaag voor een gevlamlaste toplaag – meestal aangebracht op PUR- of PIR-isolatieplaten met een aangepaste cachering. De andere zelfklevende bitumen dakbanen worden meestal toegepast als dampscherm (eventueel ook als tijdelijke afdichting), als onderlaag bij opkanten of als toplaag. Daarnaast kan je brandgevoelige dakdetails er vooraf veilig mee afdichten. Ze zijn geschikt voor verschillende ondergronden: geprofileerde staalplaten, beton, houten platen, bestaande afdichtingen … Zelfklevende bitumen dakbanen zijn aan de onderzijde steeds voorzien van een wegtrekfolie. De afwerking aan de bovenzijde hangt af van de toepassing: een wegbrandfolie, een talk-zandmengeling, leischilfers of granulaten … Er bestaan ook speciale zelfklevende bitumen membranen die aan de bovenzijde uitgerust zijn met een trilaminaat-polyethyleenfolie en die gebruikt worden voor de waterdichting van ondergrondse constructies.

 

De voorbereiding van de ondergrond vraagt bijzondere aandacht. Om een kwalitatieve plaatsing mogelijk te maken, moet hij immers egaal, luchtdroog, zuiver, vet- en stofvrij zijn.

 

Aandachtspunten

Wie opteert voor zelfklevende bitumen dakbanen, moet rekening houden met enkele aandachtspunten. De voorbereiding van de ondergrond vraagt bijzondere aandacht. Om een kwalitatieve plaatsing mogelijk te maken, moet hij immers egaal, luchtdroog, zuiver, vet- en stofvrij zijn. Afhankelijk van de ondergrond en de voorschriften van de fabrikant kan het noodzakelijk zijn om vooraf een primer aan te brengen. Op ruwe en poreuze ondergronden kan het zelfs aangewezen zijn om een dubbele primerlaag te gebruiken. De primer moet volledig droog zijn alvorens je er de zelfklevende bitumen dakbaan op aanbrengt. Anders riskeer je blaasvorming. Bij de meest courante isolatiematerialen (bijvoorbeeld PUR of PIR met een alu-kraftcachering) hoef je echter geen primer te plaatsen. Hou je hoe dan ook altijd aan de richtlijnen die bijgevoegd zijn door de fabrikant.

Ook de weersomstandigheden spelen een grote rol. Warme temperaturen en weinig regen zijn min of meer ideaal, maar het mag ook weer niet té warm zijn. Bij te hoge temperaturen kan de wegtrekfolie bijvoorbeeld te sterk aan het membraan hechten, verweken en eventueel scheuren. Meestal schommelt de ideale omgevingstemperatuur tussen de 10 en 25°C. Als het te warm wordt, moet je de rollen zo lang mogelijk beschermen tegen de hitte en de uv-stralen van de zon. Als het te koud is, kan de lage temperatuur van de rollen een goede plaatsing verhinderen en kunnen er zich blazen en plooien vormen. In dat geval kan het een oplossing zijn om de temperatuur van de rollen te verhogen door ze bijvoorbeeld uit te rollen en bloot te stellen aan de zon of ze voor hun plaatsing in een warmere omgeving te bewaren. In sommige gevallen kan het nuttig zijn om ook de ondergrond vooraf even op te warmen (bijvoorbeeld door met de vlam over geprofileerde staalplaten te gaan).  

 

Meestal schommelt de ideale omgevingstemperatuur tussen de 10 en 25°C. Als het te warm wordt, moet je de rollen zo lang mogelijk beschermen tegen de hitte en de uv-stralen van de zon. Als het te koud is, kan de lage temperatuur van de rollen een goede plaatsing verhinderen.

 

Tips en richtlijnen

Bij combinaties van isolatieplaten met zelfklevende onderlagen is het belangrijk om steeds de technische goedkeuring (ATG) van de gekozen isolatieplaten te raadplegen. Dit om na te gaan of de combinatie in kwestie toegelaten is. “Bovendien is het belangrijk dat architecten of voorschrijvers die opteren voor zelfklevende bitumen dakbanen beseffen dat er in het geval van bepaalde werf- of weersomstandigheden – bijvoorbeeld lange periodes met steeds terugkerende regenbuien – toch maar beter overgeschakeld wordt op een gelaste uitvoering (inclusief een eventuele aanpassing van het type isolatie)”, luidt het bij Bitubel. “Jammer genoeg kan je tijdens de opmaak van de bestekteksten uiteraard niet voorspellen welk weer het zal zijn bij de uitvoering en kan je het weer bij uitvoering ook niet bindend vastleggen in de bestektekst. Bij renovaties kan je de planning meestal wel afstemmen op de weersomstandigheden.”

Bijkomende informatie, bestekteksten en plaatsingsrichtlijnen zijn te bekomen bij de verschillende fabrikanten, bij de leden van Bitubel of via info@bitumeninfo.be. Meestal zijn zelfklevende bitumen dakbanen eveneens opgenomen in de teksten van de technische goedkeuringen (ATG) van de toplaag van het dakdichtingssysteem. Interessante aanbevelingen voor zelfklevende bitumen dakbanen zijn eveneens terug te vinden in een publicatie van het WTCB onder de titel “Opslag en uitvoering van zelfklevende afdichtingsmembranen” – WTCB-Contact nr. 26 (2-2010). Deze is ook te raadplegen onder de rubriek ‘publicaties’ op de website van Bitubel (www.bitumeninfo.be).

Bron: Bitubel
Deel dit artikel:
Onze partners