DENC-STUDIO en Archipl hebben samen de ontwerpwedstrijd gewonnen voor de reconversie van het Magdalenazwembad in Kortrijk. Howest wil het modernistische gebouw renoveren en kwalitatief opnieuw inrichten ten dienste van de student. Het winnende ontwerpteam kiest ervoor de voormalige grote zwembadkuip om te toveren tot overmaatse plantenbakken en zo de groene omgeving letterlijk naar binnen te trekken. De zwemhal van weleer wordt tegelijk een ‘kloppend hart’ en een ‘groene long’: een ware ontmoetingsplek én trekpleister. Andere partners in dit project zijn Mouton, dat instaat voor de stabiliteitsstudies en V&S Technics dat de technieken voor zijn rekening neemt.
Het Magdalenazwembad werd ontworpen door een consortium van vier architecten die vrij actief waren in het promoten van de modernistische architectuur in Vlaanderen, met name Jan Tanghe (1929-2003), Jan De Jaegere (1930-2019), Christiaan Van der Plaetse (1929-2017) en Paul Felix (1913-1981).
Het in de jaren '60 gebouwde Magdalenazwembad was nog tot begin 2019 in gebruik. Howest wil het beschermd monument nu een nieuw leven geven door het resoluut (maar met respect voor de geschiedenis) te renoveren en kwalitatief opnieuw in te richten, ten dienste van (en op maat van) de student en de omgeving. De hogeschool wil er onder meer een restaurant, bibliotheek met stille werkruimtes en vergaderzalen en ontmoetingsplekken voor studenten in onderbrengen.
In de zoektocht naar een ontwerpteam ging Howest een samenwerking aan met de Vlaams Bouwmeester. Uit de Open Oproep-procedure is nu een laureaat uit de bus gekomen, met name DENC-STUDIO en Archipl, die er resoluut voor kiezen om de ruimtelijkheid en architecturale kwaliteit van de zwemhal te vrijwaren.
Valt het onverenigbare te verenigen?
Het Magdalenazwembad is, met zijn kenmerkende vorm en gevels, een bekend gebouw in het Kortrijkse patrimonium. Net die rijkelijk beglaasde gevels en ruimtelijke zwemhal dreigen bij de reconversie comfortmatige, energetische en financiële problemen met zich mee te gaan brengen. In de winter valt de grote en sterk beglaasde ruimte niet kostenvriendelijk te verwarmen; in het tussen- en zomerseizoen dreigt oververhitting.
Tijdens de wedstrijdfase rees bij de ontwerpers dan ook de vraag of de zwemhal überhaupt wel geschikt is voor de nieuwe functies die men er wenst onder te brengen: “Noch in een restaurant, noch bibliotheek of vergaderruimte, is het tropische binnenklimaat van een zwemhal gewenst. Een sterke opdeling van de zwemhal en buitenzonwering die de gevelaanblik aanzienlijk verandert, zijn dan weer niet wenselijk vanuit erfgoedperspectief. Bovendien zouden ook heel wat akoestische maatregelen nodig zijn om de harde materialisatie te verenigen met de restaurantfunctie, laat staan de bibliotheek of de stille ruimte”, klinkt het.
“Toen het gevraagde programma zo'n 1’000m² kleiner bleek dan de beschikbare gebouwde oppervlakte, werd de ontwerpopgave nog interessanter. Hoe gaan we om met deze ‘rest-‘ of ‘zwerfruimte’? Of moeten we dit net als een opportuniteit zien om hiermee een plus-plek of plus-functie te creëren? Een functie die niet kan voortvloeien uit een programma van eisen, maar die het resultaat is van een ontwerpend onderzoek dat alle specifieke randfactoren weloverwogen in rekening brengt, waarbij de verschillende aspecten als erfgoed, technieken, architectuur, beleving en budget niet als tegenstrijdig of beperkend worden ervaren, maar net tot een synergie leiden.”
Zwemkuip als ontmoetingsplek en trekpleister
“In plaats van massa’s geld te pompen in het onverenigbare verenigbaar maken, kiest ons ontwerpteam ervoor de zwemhal te onttrekken aan het thermisch beschermd volume en de ruimte zoveel mogelijk te erkennen in haar bestaande toestand.” Door de voormalige grote zwembadkuip om te toveren tot overmaatse plantenbakken trekken DENC-STUDIO en Archipl de groene omgeving letterlijk naar binnen: “We creëren een plusplek: ‘a nice place to be, an inspiring and empowering habitat’: de zwemhal van weleer wordt tegelijk een ‘kloppend hart’ en een ‘groene long’: een ware ontmoetingsplek én trekpleister.”
Het monument wordt maximaal geconsolideerd, nieuwe lagen en technieken flexibel en reversibel bedacht. “Zo blijft architectuur onafhankelijk van zijn functie bestaan – wat zijn toekomst garandeert. In de duurzame transitie zijn reconversie en hergebruik van ons patrimonium meer dan eens actueel. Dit is circulair bouwen, next level”, stelt het ontwerpteam.
“Function follows form. De blauwdruk van de architectuur biedt de oplossingsscenario’s voor zijn intern organigram. Niet alleen komt het afstemmen van het programma op de originele structuur zijn erfgoedwaarden ten goede. Bijkomend worden bouwkosten gedrukt door een optimaal en duurzaam inzetten van ruimtes en meubilair.”
Gezien het meervoudig gebruik van het gebouw (ook ten dienste van derden) wordt de erfgoedbeleving van het Magdalenazwembad een publieke aangelegenheid. De ruimtelijkheid en architecturale kwaliteit van de zwemhal blijven gevrijwaard en visueel heropgeladen. De tribune en de loopbrug zijn meer dan behouden, ze kennen opnieuw een effectief gebruik.
Ook op een andere manier sluit dit aan bij de ontwerpintenties van de oorspronkelijke architecten. De vooruitstrevende structurele opbouw van de zwemhal, samen met de enorme raampartijen, maakten de intentie van de architecten om het gevoel van een openluchtzwembad te creëren mogelijk. De oorspronkelijk bedoelde connectie van de zwemhal met het Magdalenapark en de vroeger volledig groene omgeving is evenwel deels verloren gegaan. Met het nieuwe ontwerp gaat het winnende team de uitdaging aan om deze oorspronkelijke ontwerpintenties terug na te streven.
Klimaatadaptief ontwerp
Verder wordt ook resoluut de kaart getrokken van klimaatadaptief ontwerpen: gezondheid en energieneutraliteit worden prioritair gesteld. Het gaat immers niet louter over ‘kijkgroen’: de hal wordt ingezet als buffer voor verwarming, passieve koeling én klimatisatie.
Problemen rond oververhitting, akoestiek en vochtigheid zullen zich niet stellen. Grote raamopeningen hoeven niet, een luchtbehandelingssysteem met warmterecuperatie is voldoende om tot het juiste klimaat te komen. De binnentuin werkt als energiebuffer voor de overige functies binnen het gebouw.