PVT Schorshaegen: eenvoud en autonomie in een dorpse context (Atelier Kempe Thill & Van Doorslaer)

Recent namen 30 bewoners van PVT Schorshaegen in Heist-op-den-Berg hun intrek in een compact, maar elegant nieuw gebouw, ontworpen door het Rotterdamse Atelier Kempe Thill in samenwerking met Daniel Van Doorslaer. Op de bovenste twee verdiepingen bevinden zich de kamers met veel glaspartijen. Het gelijkvloers biedt plaats aan een grote ontspannings- en ontmoetingsruimte waar het licht binnen stroomt. Verder is er plaats voor logistieke diensten en zorgfuncties. De opdrachtgever en de architecten hebben ernaar gestreefd om de bewoners zoveel mogelijk autonomie te geven.

Het project in Heist-op-den-Berg maakt deel uit van een masterplan dat Atelier Kempe Thill in 2012 in samenwerking met Daniel van Doorslaer ontwikkelde na een prijsvraagprocedure. Het masterplan voor de nieuwe gezondheidscampus voorziet in de uitbreiding van een bestaand verpleeghuis uit de jaren 80 en bestaat uit een reeks compacte atriumgebouwen die plaats bieden aan verschillende woonprogramma's voor verschillende zorgconcepten.

 

STEDELIJKE ONTWIKKELING BESTAANDE UIT ATRIUMGEBOUWEN

Het masterplan speelt enerzijds in op de eerder dorpse stedenbouwkundige context van Heist-op-den Berg en biedt anderzijds een model aan met een grote flexibiliteit in fasering, financiering en programmatie. Het doel van het masterplan is de ontwikkeling van economisch geoptimaliseerde en ruimtelijk aantrekkelijke gebouwen die een individuele, projectspecifieke aantrekkingskracht hebben, maar toch als geheel een samenhangend totaalensemble vormen.

De architectuur moet dus een eerder terughoudend, allround karakter krijgen en vooral de horizontaliteit van het Vlaamse landschap benadrukken. Het Psychiatrisch Verzorgingshuis (PVT) is de tweede bouwfase binnen het nieuwe masterplan. Het doel van het project is om de autonomie van de bewoners te stimuleren en hun de re-integratie in de samenleving te vergemakkelijken. Daartoe wordt binnen het project tal van ondersteunings- en vrijetijdsaanbod voorzien. Het gebouw biedt eenendertig individuele kleine wooneenheden en een scala aan gemeenschappelijke functies.

 

ATRIUMGEBOUW EN COLLECTIEVE WOONKAMER

Het gebouw is gelegen aan de oostelijke rand van het masterplan, op een stuk grond langs een kleine, hoger gelegen toegangsweg met een hoogteverschil van ruim twee meter naar de campus zelf. Het gebouw is georganiseerd als een compacte atriumbouwtypologie met twee infrastructuurkernen verdeeld over drie verdiepingen en is gebouwd in de nieuw gestructureerde heuvelrug.

Alle gemeenschappelijke functies bevinden zich op de begane grond van het gebouw, op dezelfde hoogte als de campus. Functies die geen daglicht nodig hebben, worden in de helling geïntegreerd. Het gebouw is zo ontworpen dat een zes meter hoge, ruime collectieve woonkamer het ruimtelijke en sociale middelpunt van de typologie vormt. Het wordt zowel van bovenaf verlicht door een centraal, langwerpig atrium als van opzij door de royale glazen ondergevel aan de westzijde, die direct aansluit op het gemeenschappelijke terras.

De interne bebouwing van de gelijkvloerse en eerste verdieping, die via een vrijstaande trap met elkaar verbonden zijn, is op een open manier geïntegreerd in de woonkamer. De hoogtesprong op het perceel wordt vertaald in een inspirerend ruimtelijk concept binnen het gebouw, en versterkt zo zowel het gemeenschapsgevoel als de sociale interactie van de bewoners.

Alle wooneenheden zijn ondergebracht op de eerste en tweede verdieping en zijn respectievelijk georiënteerd op het oosten of het westen. Ze zijn slechts 24m2 groot, maar wel voorzien van een kitchenette en badkamer. Alle units zijn voorzien van zeer royale beglazing, waardoor de groene, dorpse omgeving het interieur optisch vergroot en het landschap als een schilderij presenteert. Hierdoor lijken de kleine wooneenheden ook ruimer en relaxter.

 

HORIZONTALITEIT EN SYMMETRIE

Ook aan de buitenzijde speelt het gebouw visueel in op de hoogtevariatie van het perceel. De gevel bestaat uit duidelijk leesbare niveaus, die worden geaccentueerd door middel van uitkragende horizontale betonbanen. De oostgevel aan de straatzijde telt twee bouwlagen en vormt een verhoogde mezzanine om voldoende privacy te bieden aan de wooneenheden op de eerste verdieping. De toegang tot de straat bevindt zich in het midden van de gevel en is toegankelijk via een buitentrap. Vanaf hier ontsluit zich een zichtas door het gehele gebouw.

De westgevel telt drie bouwlagen en bevindt zich bijna op de begane grond. De symmetrisch geplaatste woonkamer vormt met zijn hoogte van twee verdiepingen en het terras ervoor een centraal element in de gevel. De zuid- en noordgevel zijn over het algemeen vrij gesloten, maar zijn voorzien van grote ramen in het toegangsgebied. Alle wooneenheden hebben hetzelfde type raam. Een royale vaste beglazing met geïntegreerde zonwerende schermen wordt gecombineerd met één deur, die aan de buitenzijde is voorzien van een metalen veiligheidsrooster.

 

ECONOMISCHE OPTIMALISATIE

Het gebouw is bewust eenvoudig georganiseerd om binnen het vrij krappe budget van een publiek gefinancierd project een maximale woonkwaliteit te kunnen bieden aan de gebruikers. De basis voor de organisatie is een economisch geoptimaliseerde typologie met een grote compactheid, evenals een gestandaardiseerde bouwstructuur die eenvoudig industrieel bouwen mogelijk maakt. Zo kozen de architecten voor aan elkaar gelijmde, verticale kalkzandblokelementen en filigrane plafonds.

Ter hoogte van de grote woonkamer zijn de gevel en een deel van de bovenwand van de gang uitgevoerd als dragende betonnen elementen om de grotere overspanningen te faciliteren. De gevel wordt bepaald door de overkragingen in beton, die tevens dienen als brandwerend element in de gevel. Ze zijn gemaakt van geprefabriceerde componenten uit glad, wit zichtbeton met een toevoeging van zwart pigment.

De ramen bestaan ​​uit identieke elementen met antracietkleurige, geanodiseerde aluminium profielen en donkergrijze schermen. Ook het interieur van het gebouw is vrij eenvoudig ontworpen. Terwijl de vloer op de begane grond uit tegels bestaat, wordt verder overal goedkoop PVC gebruikt. Ook de dakramen zijn van kunststof en de plafonds zijn voorzien van akoestisch gespoten stucwerk. De trapleuningen in de binnenruimtes zijn gemaakt van witgelakte, gelaste stalen panelen.

Over het algemeen probeert het gebouw enerzijds door de bewust rustige vormgeving en het ensemble-effect van de campus het landschappelijk karakter van de omgeving te versterken. Anderzijds wordt een gereserveerd en flexibel kader geboden voor de werking van het psychiatrisch verzorgingstehuis. De grijze tint geeft het gebouw een vrij onopvallend, maar toch elegant karakter.

Bron: Atelier Kempe Thill
Deel dit artikel:
Onze partners