De circulaire stad wentelt haar vragen en problemen niet af op het hinterland, maar streeft ernaar het 'stedelijk metabolisme' te verbeteren en duurzamer en veerkrachtiger te maken. In- en uitstroom worden vertraagd door problemen lokaal op te lossen. Dat kan door de stromen van voedsel, energie, materialen of water in de stad te houden of nog meer in de stad te introduceren. De circulaire stad introduceert korte ketens (stadslandbouw, lokale bouwmaterialen,...), sluit kringlopen (hergebruik van sites en gebouwen, lokale energieopwekking en waterzuivering,...) en zoekt permanent naar waardebehoud of zelfs toename van waarde. In het voorbeeldenboek 'Stedenbouw kan ook zo' verzamelen Eva Heuts (VIBE) en Erik Grietens (Bond Beter Leefmilieu) negen voorbeeldprojecten van 'De circulaire stad'. De Suikerfabriek in Veurne - een ontwerp van DELVA Landscape Architecture & Urbanism, DENC-STUDIO, Areal architecten, A1AR en Topokor -is er één van.
De Suikerfabriek in Veurne is een mooi voorbeeld van een duurzame brownfieldontwikkeling met een mix van wonen, werken, recreatie, natuur en landbouw. De West-Vlaamse Intercommunale (WVI) is eigenaar van de site en voert de proces- en projectregie in nauwe samenwerking met de stad Veurne en projectontwikkelaar ION.
Proces
Na de sluiting van de Suikerfabriek in 2005 ging de eigenaar op zoek naar een koper. De stad Veurne en de provincie West-Vlaanderen waren voorstander van een publiek gestuurde ontwikkeling en dachten hierbij aan intercommunale WVI, die zowel over de financiële middelen als over de competenties beschikt om een dergelijk grootschalig project in goede banen te leiden. WVI werd eind 2007 voor 8,5 miljoen euro eigenaar van de site van 46,5 hectare. Het publieke herontwikkelingsverhaal kon van start gaan vanuit een sterke grondpositie. In de loop van 2007 werd het gros van de gebouwen, constructies en silo’s gesloopt tot op maaiveldniveau. Het tarragebouw aan de Zuidburgweg en een aantal loodsen bleven (tijdelijk) behouden voor opslag en andere activiteiten.
Bij de opmaak van het masterplan – in voorbereiding van het PRUP – nam de provincie West-Vlaanderen de regierol op en wees de ontwerpopdracht toe aan Omgeving. Het werd een intens ontwerpproces met veel overleg met burgers en stakeholders. Het doorgedreven participatietraject legde de kiemen voor een breed gedragen toekomstvisie voor het projectgebied. Het Provinciaal RUP Suikerfabriek werd goedgekeurd in 2013. Vanaf dat moment is de gewestplanbestemming ‘milieubelastende industrie’ vervangen door de bestemmingen van het PRUP: wonen, park, natuur en regionaal bedrijventerrein. In 2017 werd de PPS-overeenkomst met ION afgesloten. Vanaf 2018 startte ION met de tijdelijke invullingen, zoals een kinderboerderij en een WK-dorp/zomerbar. In 2019 startten de bouwwerken. Eind 2020 namen de eerste bewoners hun intrek in Suikerpark.
Lessen
Warmtenet
Alle woningen en appartementen van de Suikerfabriek zullen verwarmd worden met industriële restwarmte van de chipsoven van de nabijgelegen PepsiCo-fabriek. Het warmtenet dat de eerste woningen verwarmt, wordt nu nog gevoed vanuit een centrale gasketel. Eind 2022 wordt overgeschakeld op de restwarmte van de PepsiCo-oven. De centrale stookplaats doet dan dienst als back-up. Eens alle 500 woningen en appartementen op Suikerpark gerealiseerd zijn, wordt maar liefst 546 ton CO2-uitstoot per jaar uitgespaard.
WIN EEN BOEK
Benieuwd naar meer? Deze tekst is een fragment uit 'Stedenbouw kan ook zo', het voorbeeldenboek dat VIBE zopas lanceerde in samenwerking met Bond Beter Leefmilieu, KU Leuven, VRP, ABLLO en Samenhuizen. Dit boek is geen analyse van wat er allemaal fout loopt. Het is een voorbeeldenboek: het toont aan dat het anders kan. Want ondanks de vele problemen bestaan er ook beloftevolle oplossingen. Dat bewijzen de 57 voorbeelden die in het boek zijn opgenomen, samengebracht rond zes centrale thema's: de participatieve stad, de natuurlijke stad, de verbonden stad, de aanpasbare stad, de circulaire stad en de inclusieve stad. Architectura mag de komende weken één project per thema publiceren.
Het boek is te koop via uitgeverij Public Space, in de boekhandel en online. Architectura mag vijf exemplaren wegschenken van het boek. Laat ons weten via info@architectura.be waarom dit boek jouw architectuurpraktijk kan inspireren en wie weet win je een van de vijf exemplaren.